„Mislukte integratie van moslims is eigen schuld”
Met soms een ondertoon van verbijstering vuren de Amerikanen hun vragen af op hun gesprekspartner in de Rotterdamse Mevlana-moskee. Verwonderd pogen ze te achterhalen hoe die Hollanders toch omgaan met hun zelfgeschapen probleem: de mislukte integratie van moslims.
Imams die na vier jaar weer terug moeten naar hun eigen land. Wie verzint het, lijken de vijftien conservatieve Amerikaanse politici, journalisten en intellectuelen zich af te vragen. Ze waren vrijdag samen met directeur Bart Jan Spruyt van de Edmund Burke Stichting op ontdekkingsreis in multicultureel Rotterdam, om te zien hoe de Maasstadbestuurders en lokale moslims omgaan met integratieproblemen. Vandaag spreken ze op landgoed De Vanenburg bij Putten verder over de islam en de toekomst van Europa.
De trip voert onder meer naar de Turkse Mevlana-moskee. De imam preekt in het Turks, legt Resul Kazanci uit. Niet in het Nederlands, want die taal beheerst hij niet. Na vier jaar moet hij het veld weer ruimen voor een ander en teruggaan naar Turkije. Niet de moeite dus om een andere taal te gaan leren. De Turkse overheid zendt de imams uit. Eigenlijk zijn het een soort Turkse ambtenaren die korte tijd in het buitenland werken.
„Willen jullie dat de imam langer blijft?” willen de Amerikanen weten. En hoe helpen jullie Turken te integreren in de samenleving? Kazanci verklaart dat Turken in de moskee zo veel mogelijk vaardigheden worden bijgebracht door computer- en internetcursussen, huiswerkhulp en taalles. Als de moslims daarna op zoek gaan naar een baan, lopen ze iedere keer tegen dezelfde barrière op: werkgevers zien hen als Turken en willen hen niet. Ondanks de verwoede pogingen van de imam, bezweert Kazanci. Die hamert keer op keer op integratie.
De mislukte integratie van moslims in de samenleving mogen Nederlanders zichzelf aanrekenen, vinden de Amerikaanse conservatieven. Spruyt: „Volgens hen hebben wij twee kapitale fouten gemaakt: onze culturele identiteit is niet gecultiveerd en we hebben een verfijnde verzorgingsstaat.” Omdat we zelf niet weten wat onze identiteit is, is het onmogelijk om anderen te vragen zich naar onze cultuur te gedragen, vervolgt de directeur van de Edmund Burke Stichting. Dat leek geen probleem, want niet-geïntegreerde moslims vielen in een gespreid bedje: de verzorgingsstaat. Geen werk, maar wel een uitkering.
Deze twee oorzaken komen uitgebreid aan de orde in het Rotterdamse gemeentehuis. „Wij hebben lang gedacht: Het komt vanzelf goed met de integratie”, legt wethouder Marco Pastors (Leefbaar Rotterdam) uit. „Dat is een mooie gedachte, maar wel een verkeerde. Het gaat namelijk niet vanzelf.”
Hij vertelt verder: „In veel grote Amerikaanse steden lukte integratie van immigranten wel, bij ons niet. Dat komt wellicht door onze verzorgingsstaat. Wij zeiden niet tegen de immigranten: Wat is jouw talent, wat wil jij leren, maar: Hier is het adres van het werkloosheidsbureau. Laat je daar maar registeren. Het is een beetje een versimpeld beeld natuurlijk, maar zo ging het.”
Nationale identiteiten worden zwakker in de Europese lidstaten, constateert een Amerikaanse. Europeaan voelen de immigranten zich echter ook niet. „Voor hen blijft er niets anders over dan hun vorige, oude identiteit te handhaven.” Ze vervolgt: „Wij Amerikanen vinden dat we het recht hebben om de mensen te vragen zich aan onze regels aan te passen. Zij willen immers bij ons wonen? U lijkt wel bang om tegen de nieuwkomers te zeggen: Dit zijn onze regels en gebruiken, houd je daaraan. Waarom is dat zo?” Wethouder Pastors staat even met de mond vol tanden. „En nu verwacht u van mij het antwoord?” Het is lastig te omschrijven wat het Nederlanderschap precies is, probeert hij. „Ik ben daar niet capabel genoeg voor.”
„Hoe nationalistischer een land, hoe makkelijker het voor immigranten is om zich aan te passen”, zegt de Amerikaan Reuel Gerecht na afloop van de bijeenkomst in het gemeentehuis. In het zelfbewuste Frankrijk moeten immigranten zich grotendeels aanpassen. Dat is veel succesvoller dan de Nederlandse integratiepogingen. „Je moet de mensen vragen Nederlands te leren en zich in het publieke leven als Nederlander te gedragen.” Mensen daartoe dwingen lijkt hem niet nodig. „In de VS gaat dat vanzelf.”