Febe viert 25-jarig bestaan
Het gaat niet goed in de zorg. Tachtig procent van de vernieuwende projecten stopt met het opdrogen van de subsidie. „Zoals het nu gaat, houdt de zorg het niet vol en de christelijke zorg al helemaal niet. Is het huidige zorgstelsel een productiefaciliteit geworden, waar geen plaats meer is voor dienstbaarheid?”
Dat vroeg organisatieadviseur drs. R. van de Kamp, betrokken bij de internetsite Mijnzorg.nl en de Noaber Foundation, vrijdag tijdens de viering van het 25-jarig bestaan van Febe.
Febe ontstond in november 1979 vanuit de onderwijsvereniging KLS en trekt vooral werkers in de gezondheidszorg vanuit de rechterflank van de gereformeerde gezindte. Inmiddels neemt de vereniging deel aan verscheidene christelijke en niet-christelijke netwerken, waaronder de Algemene Vereniging van Verpleegkundigen en Verzorgenden (AVVV). „Onze uitstraling werd frisser en hedendaagser, maar de kern is hetzelfde gebleven”, aldus Febe-voorzitter drs. T. A. Gunter.
Van de Kamp sprak over het thema ”Dienstbaarheid”, een onderwerp dat al in 1998 door de sector van verpleegkundigen en verzorgenden centraal is gesteld en „sindsdien vraagt om nadere uitwerking”, aldus Gunter.
Volgens Van de Kamp staat dienstbaarheid door de ontwikkelingen in de zorg onder druk. De invoering van de „Wet maatschappelijke ontwrichting, eh, ondersteuning”, zo versprak Van de Kamp zich bewust. Door de invoering van deze WMO in 2006 verschuift een belangrijk deel van de zorgtoekenning naar de gemeenten.
Verwacht wordt dat door de wet de druk op vrijwilligers en mantelzorgers sterk toeneemt. Volgens Van de Kamp moet de maatschappij het ook van hun dienstbaarheid hebben. „Ook jullie als zorgprofessionals kunnen ’s avonds als vrijwilliger in de wijk bezig zijn.” Volgens hem werd de Vroege Kerk met name groter door de dienstbare daden van de christenen.
Daarnaast mikt hij op een enorme versterking van de rol van de technologie. „Bijvoorbeeld het op afstand in de gaten houden van iemands hartritme. Zodat er kan worden ingegrepen zodra er een hartinfarct bij die persoon dreigt.”
Voorbeeld is voor Van de Kamp een privé-kliniek in Duitsland. „Zelfs de aankleding van het gebouw is anders dan bij de reguliere ziekenhuizen: compleet op de cliënt gericht. Ze doen daar 1000 openhartoperaties per jaar, evenveel als in heel Nederland. Binnen een paar dagen na de operatie kunnen de patiënten het al zonder hulp van een verpleegkundige stellen. Hun kamer lijkt op een hotelkamer.”