De premier zei dat in een debat waarin het kabinet verantwoording aflegde voor het beleid van afgelopen jaar. Dat gebeurde aan de hand van jaarverslagen van de departementen en rapportages van de Algemene Rekenkamer.

Balkenende reageerde op kritiek uit de oppositie dat er voor het saneringsbeleid van het kabinet te weinig draagvlak is. Fractievoorzitters als Bos (PvdA) en Halsema (GroenLinks) wezen op onderzoek waaruit blijkt dat meer dan 80 procent van de bevolking het kabinetsbeleid niet steunt. Halsema sprak van een „vertrouwenscrisis".

Maar de premier riep in herinnering dat zijn voorganger Lubbers in de jaren ’80 de handen aanvankelijk ook niet op elkaar kreeg voor zijn hervormingen. Ook PvdA–vice–premier Kok werd zwaar bekritiseerd na de WAO–ingreep van begin jaren ’90. „Leiderschap betekent die dingen doen die nodig zijn", hield Balkenende de Kamer voor.

Hij sprak tegen dat het kabinet alleen oog heeft voor het terugdringen van het financieringstekort, zoals Bos had betoogd. De premier stelde dat de economische groei vorig jaar 0,4 procent hoger is uitgekomen dan geraamd en dat ook de inkomens zich wat gunstiger hebben ontwikkeld dan voorzien. Anderzijds gaf hij toe dat er nog veel moet gebeuren. „Het kabinet leunt niet achterover in tevredenheid".

De regeringsfracties spraken op hoofdlijnen steun uit voor het kabinetsbeleid. Wel vroeg de VVD om extra geld voor de aanleg van wegen. Balkenende ging daar niet op in, omdat voorstellen voor nieuw beleid volgens hem niet in het verantwoordingsdebat thuis horen.

Het CDA wil dat aanvragen voor vergunningen voortaan binnen zes maanden worden behandeld. Haalt de vergunningverlening die ’fatale termijn’ niet, dan is de vergunning daarmee automatisch verleend. Vice–fractieleider Verburg diende hiertoe samen met D66–Kamerlid Bakker een motie in. Balkenende zei er positief tegenover te staan, maar deed geen harde toezeggingen.

GroenLinks vroeg met steun van PvdA en SP om een meevaller van 142 miljoen in te zetten voor de verbetering van de koopkracht van de meest kwetsbare groepen. Maar volgens minister Zalm van Financiën kan van zo’n extraatje geen sprake zijn, omdat het kabinet ook kampt met financiële tegenvallers.

De oppositie richtte haar pijlen niet alleen op het beleid van de regering, maar ook op de afwezigheid van de fractievoorzitters van CDA, VVD en D66. Verhagen, Van Aartsen en Dittrich hadden het verantwoordingsdebat laten schieten om in Utrecht campagne te kunnen voeren voor het referendum over de Europese grondwet. Volgens Bos bleven de drie weg omdat ze „geen verhaal" hebben. Ook Kamervoorzitter Weisglas toonde zich geïrriteerd over de afwezigheid van de fractievoorzitters, en ook van veel andere Kamerleden.