Bot twijfelt niet aan excuses Iran
De Nederlandse regering heeft geen reden om te twijfelen aan de oprechtheid van de excuses die Iran heeft gemaakt, nadat op 9 mei GroenLinks–Tweede–Kamerlid Karimi op de luchthaven van Teheran door militairen werd bedreigd en geïntimideerd. Dat zei minister Bot van Buitenlandse Zaken woensdag in een debat met de Tweede Kamer.
De ambassadeur van Iran in ons land, Ziaran, werd na het incident ontboden op het ministerie van Buitenlandse Zaken en heeft daar verontschuldigingen aangeboden. Enkele dagen later werd volgens het Franse persbureau AFP door een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Teheran ontkend dat excuses zijn gemaakt. Karimi zou door haar Iraanse paspoort, zoals alle reizigers, gewoon zijn gecontroleerd.
Minister Bot zei woensdag in de Tweede Kamer dat de Iraanse autoriteiten bij hem de excuses „niet hebben ingetrokken". Hij wacht nog op een brief van zijn Iraanse ambtsgenoot Kharrazi, die de uitkomsten moet melden van Iraans onderzoek naar het incident.
De CDA–bewindsman noemde een uitspraak van een woordvoerder van zijn ministerie over het incident „ongelukkig". De woordvoerder had gesuggereerd dat het niet handig was van Karimi om notities over haar bezoek aan Iran bij zich te dragen.
Karimi was in Iran in verband met haar initiatief om te komen tot een onafhankelijke satellietzender, die gericht moet worden op Iran. De Tweede Kamer had in een wetswijziging 15 miljoen euro uitgetrokken om op deze manier daar het vrije woord te kunnen verspreiden. Bot moest de Tweede Kamer ook uitleggen, dat hij niet onwillig was om het betreffende amendement uit te voeren. De minister van Buitenlandse Zaken zei dat eerst subsidieregelingen veranderd moeten worden en dat vervolgens verschillende aanvragers kunnen dingen naar de financiële steun. Er zijn inmiddels twee gegadigden, waaruit waarschijnlijk een keuze gemaakt zal worden.