In witte kleren
Hij belooft die weinige namen, geen vergankelijke maar onvergankelijke, geen verderfelijke maar onverderfelijke eer, geluk en vreugde. Zij zullen, zegt Hij, met Mij wandelen in witte klederen. Zoals iemand die met mij wandelt op hetzelfde pad is, zo belooft Jezus dat Zijn lievelingen met Hem hetzelfde pad zullen betreden, in dezelfde landstreek, namelijk het hemels Kanaän, het paradijs dat boven is.Zij zullen, zegt de Mond der waarheid, met Mij wandelen in witte klederen. Witte klederen is het zinnebeeld van de reinheid en heiligmaking. Daarom verschijnen de engelen, die volmaakt zijn, in witte kleding. Witte kleding is een bewijs van vrede. Daarom werd de grote schare die niemand tellen kon, vertoond in lange witte klederen, met palmtakken in hun handen, om aan te tonen dat ze vrede hadden. Zo belooft Jezus aan Zijn kinderen vrede zonder vreze.
Welgelukzalig zijn dan zij die op de vromen van Sardis lijken en alle besmettingen van de wereld zijn ontvlucht. Ze zijn doorgaans weinig in getal, maar des te meer uitmuntend. Ze zijn als lichten in een krom en verdraaid geslacht, doch dierbaar in Gods ogen. Het werk dat ze hier doen, is zoet en aangenaam. Hun oefeningen gaan gepaard met een gerust geweten, dat alle verstand te boven gaat. Want het zijn klederen die niet door de zonde van deze wereld zijn besmet.
Cornelius Walingius, predikant te Twisk (Keur van bijbelstof, 1728)