Hij krijgt de koninklijke onderscheiding, omdat zijn team een internationale voortrekkersrol heeft gespeeld bij de identificatie van de slachtoffers van de zeebeving in Azië. Minister Remkes van Binnenlandse Zaken speldde de onderscheiding vrijdag persoonlijk op.

De bewindsman bedankte alle leden van het RIT in de Julianakazerne in Den Haag voor de werkzaamheden in Azië. „Met deze onderscheiding wordt ook de waardering en erkenning van het voltallige RIT uitgesproken”, benadrukte Remkes.

„U en uw mensen hebben fantastisch werk gedaan. U zorgde voor de identificatie van slachtoffers. Een match is belangrijk voor de nabestaanden om met de verwerking van een groot verlies te beginnen”, concludeerde de minister. „Ik heb grote waardering en bewondering voor het werk van u en uw team”.

Het aantal Nederlandse dodelijke slachtoffers van de zeebeving staat zover bekend op 31. Maar het RIT heeft zich sinds de ramp met de identificatie van duizenden doden beziggehouden.

Remkes gaf aan dat het RIT buitengewoon snel ter plaatse was, namelijk als eerste. „Het RIT heeft eigenlijk alles opgezet”, resumeerde de minister. „Duizenden lijken moesten worden geïdentificeerd onder erbarmelijke omstandigheden. En dat in een tempelcomplex zonder enige voorziening, waar kippen en honden rondliepen, in de verzengende hitte”.

De werkwijze van het Nederlandse RIT bij het verzamelen van gegevens van de tsunami-doden op het Thaise eiland Phuket is uiteindelijk de internationale norm geworden. Samen met Denemarken vervulde het RIT een voortrekkersrol bij de identificatie van de slachtoffers van de zeebeving.

Ook de korpschef van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), P. van Zunderd, onder wie het RIT onder valt, toonde zich vrijdag dan ook enorm trots op zijn identificatieteam. „Tijdens mijn korte bezoek begin januari in Thailand heb ik zelf kunnen ervaren onder welke omstandigheden jullie hebben moeten werken. Ik heb zeer veel respect voor de manier waarop jullie de ongelooflijk zware taak in Thailand, Sri Lanka en natuurlijk ook in Nederland hebben volbracht”.

Van Zunderd gaf een voorbeeld om aan te geven onder welke emotionele druk zijn mensen hebben moeten werken. Een van de RIT’ers had zijn ervaringen opgeschreven en daaruit citeerde de korpschef.

Het ging over een Thaise vrouw die haar 4-jarige vermiste zoontje zocht. Nadat het kind tussen de slachtoffers was gevonden, wilde ze het ondanks ernstige beschadigingen, zien. Die confrontatie riep heftige emoties op, niet alleen bij de moeder. De RIT’er schrijft: „Het enige wat ik kon doen was de vrouw vasthouden. De door mij in het Engels gesproken woorden van troost kwamen voor mijn gevoel niet bij haar over. Ze was zo intens verdrietig. Ik voelde me machteloos en voelde tranen in mijn ogen”.

Het RIT-team is vrijdagmiddag nog op bezoek geweest bij koningin Beatrix.