Zij oppert om het uitgavenniveau in de periode 2007 tot en met 2013 vast te leggen op 1,07 procent van het gezamenlijk nationaal inkomen. Dat is precies het midden tussen de uiterste standpunten in de discussie.

Halverwege volgende maand doen de regeringsleiders tijdens een tweedaagse top een poging om overeenstemming te bereiken over wat in het jargon heet de financiële perspectieven. De kans op succes lijkt echter niet groot. De opvattingen lopen tot dusver ver uiteen. Sommige diplomaten houden er rekening mee dat er pas tegen het eind van 2006 een akkoord uit de bus zal komen.

De Europese Commissie heeft plannen gepresenteerd die neerkomen op een plafond van 1,14 procent. Zij bepleit een forse verhoging van de betalingen om de economie te kunnen stimuleren, onder andere via extra subsidies voor research en innovatie. Voorts wijst zij erop dat er flinke kosten zijn verbonden aan de uitbreiding van de Unie.

Zes landen die elk een forse bijdrage leveren aan de kas in Brussel, te weten Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Nederland, Oostenrijk en Zweden, dringen daarentegen aan op een bevriezing van het budget op slechts 1 procent. Zij willen op die manier een korting op hun afdracht bewerkstelligen.

Luxemburg, dat momenteel als voorzitter van de EU optreedt en in die functie leiding geeft aan de beraadslagingen, heeft een compromis achter de hand dat dicht in de buurt zit van het voorstel van het Parlement.