Een kinderarts, een kinderpsycholoog, een diëtist en een kinderfysiotherapeut werken aan gedragsverandering bij deze veel te dikke kinderen. „De meeste te dikke kinderen hebben géén hormonale stoornis”, aldus kinderarts M. Houdijk. „Veel kinderen eten gewoon te veel en verkeerd.” Wanneer er geen lichamelijke oorzaak is voor obesitas, neemt de polikliniek de kinderen in behandeling, na doorverwijzing van huisarts of kinderarts.

Samen zoeken de specialisten naar de oorzaak voor het vele eten. „Veel eten kan samengaan met een depressieve ontwikkeling. Aanpak van zo’n ontwikkeling is dan het eerste behandeldoel”, legt psycholoog C. Kruyff uit. Kinderen mogen drie maanden doen over een behandelprogramma. Daarna blijven de patiënten nog twee jaar onder controle. Kinderen die niet obese zijn, maar ’gewoon’ te dik, kunnen terecht bij de jeugdgezondheidszorg.

De ziekenhuizen rekenen in het eerste jaar op 35 patiëntjes. Dat aantal zal groeien tot jaarlijks zeventig kinderen, zo verwachten ze.

De Vrije Universiteit in Amsterdam opende in 2003 al een poli voor kinderen met obesitas. Die kliniek doet ook onderzoek naar de gevolgen die zeer ernstig overgewicht op latere leeftijd heeft. Overgewicht vergroot het risico op suikerziekte, hoge bloeddruk, hoog cholesterol en knie- en rugklachten.