Economie

Vergrijzing boeren geeft problemen

De vergrijzing in de landbouw is een groot probleem. Veel boeren kunnen slechts met moeite of helemaal geen opvolger vinden. Dat zei minister Veerman (Landbouw) dinsdag tijdens een vergadering van landbouwministers in Luxemburg. Ook pleitte hij daar voor het stapsgewijs vrijgeven van de suikermarkt.

Redactie economie
11 May 2005 08:38Gewijzigd op 14 November 2020 02:32

Tijdens de informele vergadering werden de aanwezige landen ertoe opgeroepen jonge boeren meer te steunen om zo vergrijzing in de sector tegen te gaan.

In sommige gebieden, zoals in Oost-Nederland, hebben landeigenaren grote moeite om een pachter te vinden. Volgens Veerman wijkt Nederland weinig af van het Europese gemiddelde, waarbij 55 procent van de boeren ouder is dan vijftig jaar.

Probleem is vooral dat jongeren de Europese landbouwsubsidies zien verminderen. Als ze een boerenbedrijf overnemen, moeten ze vaak andere activiteiten erbij nemen. Veerman stelde dat er veel nieuwe mogelijkheden zijn: „Bijvoorbeeld een paard stallen levert gauw 500 euro per maand op. En als je ziet hoeveel meisjes tegenwoordig een paard hebben!”

Veerman erkent dat jonge boeren daardoor ondernemender moeten zijn dan hun collega’s van vroeger. Het boerenonderwijs moet daarop inspelen, vindt hij. „Hoe ga je als boer bijvoorbeeld om met de agrarische termijnmarkt?” stelde de minister. „Ik ben zelf opgevoed met het idee: dat is gevaarlijk, blijf ervan weg. Maar jongeren kijken daar anders tegenaan.”

Europees commissaris Fischer Boel (Landbouw) presenteert in juni een strategie voor het Europese platteland, waarbij ze ook de jonge boeren tegemoet wil komen. Vooral in Frankrijk, Duitsland en delen van Oost-Europa dreigt een leegloop.

Nederland komt de jonge boeren tegemoet met enkele regelingen. Zo kunnen jonge boeren eenvijfde van hun investering vergoed krijgen, tot een bepaald maximum. Ook gelden belastingvoordelen, zoals een hogere vrijstelling in de successierechten.

Veerman maakte dinsdag gebruik van de vergadering door te pleiten voor het stapsgewijs vrijgeven van de suikerteelt. Het zou in zijn ogen funest zijn wanneer de Europese plannen voor het vrijmaken van de markt allemaal tegelijk beginnen. De klap zou dan te hard zijn voor de suikerboeren en -industrie. „Je kunt niet in één keer van de vloer naar de zolder springen zonder je broek te scheuren, zei mijn grootvader al”, aldus Veerman.

De minister loopt daarmee vooruit op een verwacht voorstel van landbouwcommissaris Fischer Boel dat op 22 juni uitkomt. Haar idee is om in 2006 zowel de vaste prijs voor suikerbieten fors te verlagen, de vaste teelthoeveelheden te beperken en de exportsubsidies af te schaffen als meer rietsuiker toe te laten tot Europa.

De nog profijtelijke suikerbieten zijn het laatste grote landbouwgewas waarvan Brussel de bescherming opheft. Reden is onder meer een vonnis van de wereldhandelsorganisatie WTO vorige week. De WTO verbood Europa nog langer de grenzen te sluiten voor de goedkopere suiker uit Brazilië en Thailand.

Veerman voelt echter weinig voor massale toelating van spotgoedkope suiker uit Brazilië. De Brazilianen, met hun gunstige teeltomstandigheden, zouden dan de ontwikkelingslanden van de Europese markt duwen. Hij ziet meer in een idee van Fischer Boel. Zij streeft naar een importheffing op niet-Europese suiker, meldde ze dinsdag in Luxemburg.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer