Trimble stapt op als politiek leider UUP
De protestantse politicus en Nobelprijswinnaar David Trimble heeft zaterdag ontslag genomen als leider van de Noord-Ierse Ulster Unionist Party (UUP) vanwege zijn pijnlijke verkiezingsnederlaag. Hij verloor zijn eigen zetel in het Britse Lagerhuis en zijn partij behield maar een van de zes zetels.
Trimble stond namens de protestanten aan de wieg van de Goede-Vrijdagakkoorden van 1998, waarin een vredesregeling voor Noord-Ierland op papier werd gezet die voorzag in een protestants-katholiek zelfbestuur.
De protestantse Democratische Unionistische Partij van dominee Ian Paisley boekte flinke winst. De partij, die tegen iedere concessie aan de katholieken is, behaalde negen zetels, vier meer dan bij de laatste verkiezingen.
De Britse premier Tony Blair sprak zaterdag zijn waardering uit voor de inspanningen die Trimble heeft geleverd voor vrede in Noord-Ierland. „Hij gaf blijk van leiderschap, inzicht, moed en vastberadenheid, ondanks alle problemen die met het zoeken naar vrede gepaard gingen”, aldus Blair over de ex-premier van Noord-Ierland.
De protestantse leider won in 1998 de Nobelprijs voor de Vrede, samen met de katholieke leider John Hume. „Zonder hem was het niet mogelijk geweest de kloof tussen de katholieken en de protestanten in Noord-Ierland te overbruggen”, voegde de premier eraan toe.
De 60-jarige Trimble gold als de Harry Houdini van de Noord-Ierse politiek. Tot nu toe overleefde de protestantse politicus zo veel aanvallen op zijn leiderschap, dat waarnemers praktisch de tel kwijtraakten. Zelfs binnen zijn eigen UUP werd hij beschreven als „ijskast”, omdat hij onder stress op zijn best leek te functioneren.
De voormalige hoogleraar aan de rechtenfaculteit van Queens University in Belfast werd pas na het begin van de Noord-Ierse ongeregeldheden eind jaren zestig politiek actief. Voor de vredesonderhandelingen van 1998 gold Trimble nog als havik.
Hij maakte naam als leider van de conservatieve Oranje Orde. In 1970 werd hij lid van de UUP, de grootste Noord-Ierse partij die de Britse zeggenschap over Noord-Ierland wil handhaven.
Na zijn aanstelling als partijleider liep Trimble tijdens de omstreden Oranjemarsen door Portadown nog arm in arm met de radicale protestantse leider Ian Paisley. De omslag kwam in 1996, toen Trimble zich bereid verklaarde actief deel te nemen aan het vredesproces. Op Goede Vrijdag 1998 leidde dat tot de gebeurtenis die velen voor onmogelijk hielden.
Trimble en zijn aartsvijand Gerry Adams, de katholieke Sinn Fein-leider, presenteerden samen met de Britse regering een vredesakkoord. Het duurde nog bijna een halfjaar voordat de unionistenleider ook de hand van Adams wilde schudden.
Een deel van zijn achterban zag het vredesakkoord met de politieke vleugel van de IRA als knieval voor het terrorisme. Zijn gematigde opstelling bezorgde Trimble internationaal echter veel lof.
Trimble bereikte het toppunt van zijn macht toen hij de eerste minister van het eigen Noord-Ierse parlement werd. Om die positie te behouden, moest hij die herhaaldelijk ter beschikking stellen.
In 2002 stelde Londen de Noord-Ierse regering op non-actief, omdat de IRA via Sinn Fein in het Britse ministerie voor Noord-Ierse Zaken zou zijn geïnfiltreerd. Trimble kon niet verhinderen dat de Noord-Ieren steeds ontevredener werden over het stokkende vredesproces en de rol van de IRA daarin. Zijn rivaal dominee Paisley, een fel tegenstander van concessies aan de katholieken, kon onder de protestanten steeds meer terrein winnen.