Binnenland

Externe defibrillator biedt tijdwinst

Het gebruik van de Automatische Externe Defibrillator (AED) door politieagenten in de regio Amsterdam is betrekkelijk succesvol. De tijdwinst die wordt geboekt door patiënten met een hartstilstand een stroomstoot door het hart toe te dienen nog voordat een ambulance is gearriveerd, leidt ertoe dat meer slachtoffers levend het ziekenhuis bereiken. De overlevingskansen van deze mensen lijken echter niet groter.

13 November 2001 09:57Gewijzigd op 13 November 2020 23:16

Dat is de voorlopige uitkomst van een onderzoek dat begin deze maand op een internationaal congres in Brussel werd gepresenteerd. De definitieve resultaten verschijnen begin volgend jaar. Het onderzoeksproject (Arrest IV) in de politieregio Amsterdam wordt geleid door dr. R. W. Koster, cardioloog in het Academisch Medisch Centrum Amsterdam.

In de periode januari 2000 tot en met november 2000 werden alle gegevens verzameld rond de 67 gevallen waarin daadwerkelijk van de AED gebruik werd gemaakt. Alle data, waaronder de activiteit van het hart en ook datgene wat tijdens de reanimatie besproken is en door het apparaat werd opgenomen, werd ingevoerd in de computer. Deze registraties werden uitgeschreven en geanalyseerd door twee onafhankelijke onderzoekers.

Uit de analyse blijkt dat als gevolg van het snelle optreden met de AED weliswaar meer slachtoffers levend het ziekenhuis bereiken, maar dat dit hun levenskansen uiteindelijk niet vergroot. Koster spreekt daarom van een relatief succes, maar vindt het, gezien het geringe aantal patiënten dat in het onderzoek is betrokken, nog te vroeg om wetenschappelijke conclusies te trekken.

Veilig
Sinds begin 1999 is de politie in de regio Amsterdam, Kennemerland en Zaanstreek uitgerust met de AED. De apparaten zijn beschikbaar gesteld door de Nederlandse Hartstichting. Inmiddels is iets minder dan de helft van de 2000 agenten in de regio opgeleid in het reanimeren en het gebruik van het apparaat. De automatische defibrillator is een veilig apparaat in handen van leken die een opleiding het reanimeren hebben gevolgd.

Wanneer bij een patiënt een hartstilstand wordt geconstateerd, moet meteen met mond-op-mondbeademing en hartmassage worden begonnen. Dat is het eerste wat de agenten wordt geleerd. De AED, die vervolgens snel op de borstkas van de patiënt moet worden aangesloten, stelt met behulp van de ingebouwde software vast of er sprake is van een hartstilstand. In dat geval geeft het apparaat de patiënt automatisch een stroomstoot door het hart, waardoor de normale activiteit van het hart weer op gang wordt gebracht. Als er geen hartstilstand is, geeft het apparaat geen stroomstoot af.

Tot op heden is er steeds van uitgegaan dat door het zo vroeg mogelijk toedienen van een stroomstoot bij een hartstilstand (defibrillatie) de overlevingskansen van een patiënt worden vergroot. Vandaar dat op locaties met grote concentraties mensen zoals stadions, sporthallen, winkelcentra, op vliegvelden en in vliegtuigen AED’s worden geplaatst. Bedrijfshulpverleners, politie en brandweer, die vaak eerder ter plaatse zijn dan ambulancehulpverleners, kunnen dan van zo’n levensreddend apparaat gebruikmaken. Enkele weken geleden is er veel ruchtbaarheid aan gegeven toen een groot winkelcentrum in Maastricht met een AED werd uitgerust.

Drie minuten
Plotselinge dood, zonder voortekenen en vaak bij zich gezond wanende personen, komt duizenden keren per jaar voor. In 80 tot 90 procent is het fibrilleren van de kamers van het hart daarvan de oorzaak. Dat fibrilleren moet zo snel mogelijk worden opgeheven. Als regel geldt dat elke drie minuten dat defibrillatie uitblijft, de kans op overleven halveert. Ten hoogste 10 tot 15 procent van de patiënten bij wie een reanimatiepoging is gedaan, verlaat levend het ziekenhuis. Een voor de hand liggende redenering is dat hoe eerder de reanimatie begint, hoe groter de kans op overleven is. In wetenschappelijke termen vertaald: een korte interventietijd verhoogt de levenskans.

Voor de Amsterdamse cardioloog Koster was dit destijds reden genoeg om een pleidooi te voeren voor het uitrusten van politievoertuigen met AED’s. „De eerste resultaten stemmen tot gematigd optimisme”, zegt dr. R. de Vos. „In de training van 823 politiemensen hebben we gezien dat men voor bijna 100 procent volgens de regels reanimeert en gemiddeld binnen 90 seconden de AED kon aansluiten.”

W. de Vries, secretaris van de Nederlandse Reanimatie Raad en hoofd opleidingen van het Oranje Kruis, meent echter dat het werken met de AED tot betere resultaten leidt als de informatie in relatie wordt gebracht met daadwerkelijke gebeurtenissen in het dagelijks leven. „Daarom maken we bij de AED-opleiding gebruik van gesimuleerde situaties waarbij levens in gevaar zijn. Dat is echter nog geen bewijs over de relatie van de resultaten na zo’n training en het optreden tijdens daadwerkelijke inzet.”

In het onderzoek zijn de trainingsresultaten van de desbetreffende politiefunctionarissen vergeleken met de resultaten van het daadwerkelijk optreden. „Je ziet dan dat door een positief resultaat de motivatie van mensen stijgt.”

Naam spectrumA. M. Alblas

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer