Fietsen in roomse plaatsen minder populair
Rooms-katholieke gemeenten zijn onaantrekkelijker voor fietsers dan hun protestantse tegenhangers. Volgens de Fietsersbond bestijgen rooms-katholieken daardoor veel minder vaak hun stalen ros dan protestanten.
Uit een analyse van het fietsgebruik in 2000 blijkt volgens de Fietsersbond dat gemeenten zoals Maastricht en 's-Hertogenbosch slechter zijn aangepast aan fietsers dan bijvoorbeeld Zwolle en Middelburg.
Gemiddeld 45 procent van de ritjes over korte afstanden leggen protestanten op de fiets af. Bij katholieken is dit 31 procent. In de analyse staat katholiek voor Bourgondisch en “Waarom moeilijk doen als het makkelijk kan?” Protestanten worden gezien als sober en principieel.
Dit verschil in volksaard zou terug te vinden zijn in gemeentebesturen, waardoor fietsers van boven de grote rivieren stukken beter af zijn dan in het overwegend roomse zuiden, stelt de bond, die het fietsgebruik in zestig gemeenten onderzocht. In het noorden is er bijvoorbeeld vaak voor gezorgd dat de fiets op korte afstanden een goede concurrent is van de auto. Ook op het gebied van het wegdek, herrie en verkeersveiligheid is het boven de grote rivieren beter geregeld. Houten komt als zeer positieve uitschieter uit het onderzoek, Landgraaf als negatieve.
De Fietsersbond stelt dat het gebruik van de fiets met maximaal 19 procent kan stijgen als gemeenten er alles aan doen om hun gebied fietsvriendelijk te maken. Bovendien moet gebruik van de auto, op korte afstanden de grote concurrent van de fiets, onaantrekkelijker gemaakt worden.