Volgens ingewijden is invoering van rekeningrijden in fasen voorzien, te beginnen voor de wegen rond de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht, en andere knelpunten in het land. In een later stadium zal het vaste kilometertarief worden ingevoerd. De hoogte zal afhangen van tijd, plaats, verbruik en vervuiling van de auto. Getwist wordt nog over de bestemming van de opbrengst.

Het geld alleen uitgeven aan wegen is voor de grote steden niet aanvaardbaar, aldus bronnen. Ook de termijnen waarop de plannen worden ingevoerd, zijn nog niet helemaal zeker, evenmin als de volledige afschaffing van wegen– en aanschafbelasting (BPM).

Nouwen zelf liet woensdag weinig los. Vrijdag is in principe de laatste, afsluitende vergadering van zijn werkgroep, maar er moeten volgens Nouwen nog enkele „hobbels” worden genomen.

Minister Peijs (Verkeer) stelde de werkgroep, waarin werkgevers, transporteurs en milieuorganisaties zitten, vorig najaar in om zoveel mogelijk steun te verzamelen voor de een of andere manier van beprijzen van het autorijden. Eerdere ideeën zoals de tolpoortjes van oud–PvdA–minister Netelenbos strandden door onvoldoende steun. Het idee is dat niet het bezit van de auto wordt aangepakt maar het gebruik, om te proberen de groeiende files en ook de vuile lucht te bestrijden. De bewindsvrouw wilde de zaak voorbereiden voor een volgend kabinet. Eind februari zei ze bovendien dat om technische redenen eerder dan 2014 rekeningrijden niet mogelijk is. Politiek gezien tenslotte is Peijs’ eigen partij, het CDA met zijn politiek van „eerst bewegen, dan beprijzen”, altijd het lastigste obstakel geweest.