Meer staatssteun EU naar onderzoek
De EU–landen hebben in 2003 ongeveer net zoveel geld uitgetrokken voor staatssteun als in het jaar ervoor, ondanks het voornemen van de Europese leiders om de steun af te bouwen. Er ging meer geld naar algemene onderzoeksprojecten en minder naar individuele bedrijven, zo blijkt uit een woensdag gepubliceerd overzicht van de Europese Commissie.
De vijftien oude EU–lidstaten gaven in 2003 samen 53 miljard euro aan staatssteun. Dat is 0,57 procent van het gezamenlijk BNP van de landen. „Ik ben teleurgesteld dat de totale gegeven staatssteun niet gedaald is zoals we hadden afgesproken in Stockholm in 2001", aldus verantwoordelijk eurocommissaris Kroes in de mededeling. Het merendeel van die 57 miljard euro ging op aan industrie (34 miljard euro), 14 miljard euro ging naar de landbouw, 5 miljard naar de mijnbouw en nog eens 1 miljard euro was bestemd voor de transportsector.
Duitsland was in absolute bedragen de grootste gever met 16 miljard euro (0,77 procent van het BNP). Relatief gezien staat Finland bovenaan, waar 1,41 procent van het BNP naar staatssteun gaat. Nederland zat daar ruim onder met 0,33 procent van het BNP (1,5 miljard euro).