Dit zei G. Rooijmans van de gemeente Breda woensdagmorgen op de Geluidshinderdag over horeca- en evenementenlawaai van de Nederlandse Stichting Geluidshinder.

Rooijmans vindt het stellen van maximaal toelaatbare geluidsniveaus bij een muziekfestival zinloos. „Duidelijke afspraken met de organisatoren bij een evenement in de openlucht, strikte handhaving daarvan en overleg met de omwonenden werken veel beter.”

Volgens Rooijmans maakt het ook uit wat voor soort muziek er wordt gespeeld. „Lage bromtonen kunnen kilometers verderop nog overlast geven.”

Voor (geluids)overlast bij evenementen bestaat geen landelijke regelgeving. Het is een zaak voor de gemeenten. Het aantal aanvragen voor een vergunning voor een evenement groeit nog steeds. Veel gemeenten worstelen met de afweging van individuele en algemene belangen.

Recreatielawaai staat in de topvijf van meest storende geluidsbronnen in Nederland, zo blijkt uit onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Ongeveer 2 miljoen mensen hebben er last van, waarvan bijna de helft in ernstige mate. Vooral kermissen, horecagelegenheden en massa-evenementen in de open lucht geven veel geluidshinder. Het grootste deel van de geluidsoverlast komt door muziek, maar ook komende en vertrekkende bezoekers veroorzaken hinder.

RIVM-onderzoeker dr. ir. E. Lebret herkent de toename van geluidsoverlast ook in zijn eigen omgeving. „Mijn persoonlijke indruk is dat er bijvoorbeeld bij een kermis meer herrie is dan twintig jaar geleden. Iedere attractie heeft enorme geluidsspeakers die tegen elkaar op proberen te bulderen.”

Aan de andere kant denkt Lebret dat Nederlanders de laatste decennia ook gevoeliger zijn geworden voor geluidsoverlast. „In de literatuur zijn daar duidelijke aanwijzingen voor te vinden.”

Het RIVM onderzoekt momenteel in opdracht van het ministerie van VROM of er in Nederland meer wordt geklaagd dan in het buitenland.