Camera Obscura schetst 19e eeuw niet
Het bekende boek ”Camera Obscura” van Hildebrand is geen schets van de 19e-eeuwse burgerij, stelt dr. B. Engelfriet in reactie op dr. Joris van Eynatten, eerder in deze krant.-eeuwse burgerij, stelt dr. B. Engelfriet in reactie op dr. Joris van Eynatten, eerder in deze krant.
De titel van de ”Camera Obscura” suggereert dat de auteur Hildebrand, schuilnaam voor de student theologie Nicolaas Beets, met een primitief fototoestel de werkelijkheid nauwkeurig wil beschrijven. In deze gedachtegang is de gangbare mening over dit boek gevormd. Het zou een realistisch beeld geven van de Hollandse burgerij in de eerste helft van de negentiende eeuw. En het tornt volgens historicus dr. Joris van Eynatten enige tijd terug in deze krant niet aan het idee van het burgerlijke leven. De helden van Nicolaas Beets zouden een deugdzaam leven nastreven.
Nauwkeurige lezing van het boek laat echter zien dat onder de burgerlijke oppervlakte een diepere bedoeling van de auteur schuilgaat. Meestal wordt de arrogante aanwezigheid van de auteur als een tekortkoming van het boek beschouwd. Maar dat is de sleutel tot een diepere laag van deze verzameling schetsen en verhalen. Het is een uiting van de subjectieve persoonlijke inbreng die kenmerkend is voor de Romantiek
Op dit spoor werd ik omstreeks 1960 gezet door mijn leraar Nederlands, drs. Arie de Groot. De Groot hield ons voor dat de ”Camera Obscura” veel meer is dan een simpele beschrijving. De auteur doorlicht de werkelijkheid met zijn ideaal: de oorspronkelijke en zelfstandig waarnemende en oordelende, werkelijk intens levende mens. Hij laat daarbij de werkelijkheid weerspiegelen in zijn voorstelling van de ideale werkelijkheid en laat zo dus het contrast met zijn ideaal zien. De humoristische effecten ontstaan onder meer door de botsing tussen ideaal en realiteit. De burgerlijkheid wordt vooral gekenmerkt door de behoefte aan veiligheid en dus afkeer van het extreme en voorkeur voor de gulden middenweg en door bezorgdheid voor de goede naam.
Ik geef een voorbeeld. Het verhaal over de familie Stastok toont dat hun hele leven door vaste regels wordt beheerst. Alle Stastokken gebruiken stopwoorden; Stastok sr. vereenzelvigt zijn gouden horloge met de zetelplaats van de wil en met een deel van zijn ingewanden. Het gehele lichaam van de student Pieter Stastok dicteert dictaten. Pieter, de stad Haarlem en een biljartspel ’perpendiculariseren’, nemen een loodrechte houding aan. En hij wordt zo door de neogotische stijl van toen gestroomlijnd.
De auteur stelt echter tegenover de gekunstelde hang naar orde en regelmaat zijn waardering voor het grillige en onberekenbare. Zijn afkeer van conventies en burgerlijkheid en voorkeur voor oprechtheid en eigen verantwoordelijkheid blijken duidelijk uit zijn uitroep: geen orgeltoon, maar uw persoon.
Dit familieverhaal bevat ook sociale kritiek, in het bijzonder in de historie van het diakenhuismannetje Keesje. Het laat zien dat zelfs een naïef mannetje als Keesje een sterk gevoel van eigenwaarde heeft en een persoonlijkheid is. Hij wil van zijn eigen geld begraven worden en in een eigen doodshemd. Daarom is hij intens verdrietig als zijn geld hem wordt afgenomen. De uitvoerigheid waarmee het slot verteld wordt, lijkt overbodig. Maar de bedoeling ervan is te laten zien dat de deftige regenten na uren beraad geen beslissing durven te nemen en in de ogen van Beets dus geen persoonlijkheden zijn, omdat ze geen verantwoordelijkheid durven te nemen.
De ”Camera Obscura” leent zich volgens mij uitstekend voor de ontwikkeling van de zelfstandigheid in het studiehuis, meer dan voor het verwerven van kennis van de Hollandse burgerij in de negentiende eeuw.
De auteur is docent Nederlands.