CNV accepteert dat sectoren verdwijnen
De Hout- en Bouwbond CNV vindt dat Nederland moet accepteren dat een aantal bedrijfstakken hier geen toekomst meer heeft. Collectieve arbeidsovereenkomsten in die branches moeten volgens deze vakbond het karakter krijgen van een sociaal plan. Loonruimte kan hier het beste worden gebruikt voor omscholing en herplaatsing van werknemers.
„Het gaat nu misschien om honderden werknemers in de pallet- en borstelindustrie en in sommige meubelsectoren, maar het kan uitgroeien tot duizenden banen”, waarschuwde voorzitter A. van Wijngaarden van de Hout- en Bouwbond CNV zaterdag tijdens een congres van zijn vakbond in het Jaarbeurscomplex in Utrecht.
Volgens Van Wijngaarden veroorzaken de open grenzen binnen de Europese Unie en de Aziatische concurrentie niet alleen banenverlies, maar ontstaan er ook kansen voor Nederland. „Waar productiewerk verdwijnt door globalisering, kunnen banen worden geschapen in de reparatie- en servicebranche”, zegt de CNV-voorman. „Stem daar de werving en scholing op af. Steun de maakindustrie op die punten waar ze nog wel toekomst heeft. Investeer in kwaliteit, service, betrouwbaarheid van levertijd en after sales.”
Aan de andere kant vindt Van Wijngaarden dat vakbonden en werkgevers per sector de balans moeten opmaken. Daarbij moeten ze zich de vraag stellen of een bedrijfstak nog toekomst heeft in Nederland of niet. „Accepteer dat er ook sectoren zijn die echt geen toekomst meer hebben. Geef CAO’s in die bedrijfstakken het karakter van een sociaal plan. Gebruik een groot deel van de loonruimte voor het omscholen van werknemers, loopbaanbeleid en voorlichting en zorg ervoor dat zij elders aan het werk kunnen.”
De vakbonden leggen zich overigens niet zomaar neer bij de concurrentie vanuit het buitenland. Samen met FNV Bouw en Vakvereniging Het Zwarte Corps (HZC) opent de Hout- en Bouwbond CNV op 2 mei een Meldpunt Illegale Arbeid in de bouw. Werknemers in de bouw krijgen volgens de bonden steeds vaker te maken met oneerlijke concurrentie van goedkope buitenlandse arbeidskrachten die niet volgens de CAO aan het werk zijn. Mensen die vermoedens hebben van dergelijke overtredingen kunnen dat melden via een telefoonnummer (0900-2689886) en via de internetpagina’s van de vakbonden.