Gruwelvideo’s bij Mohammed B.
Mohammed B. heeft woensdagmorgen bij de rechtbank in Amsterdam zijn stilzwijgen doorbroken. Hij vroeg officier van justitie mr. F. van Straelen zich „professioneler en genuanceerder” uit te laten over de vermeende smokkel van een islamitisch geschrift uit de gevangenis door een broertje van B.
B., verdacht van de moord op Theo van Gogh, kwam met krukken de strengbeveiligde rechtbank binnen. Hij had een baard, was gehuld in een islamitisch gewaad en droeg een hoofddeksel. B. weigerde bij binnenkomst van de rechtbank te gaan staan, zoals gebruikelijk.
Aan het eind van de pro-formazitting kreeg de Marokkaanse Nederlander het woord. Hij ging alleen in op de smokkel van het geschrift ”Grondwet van een fundamentalist”. Het verhaal dat zijn broer heeft geholpen bij de smokkel van dat boek uit de gevangenis wilde B. „ontkrachten.” „Dat beeld is vals. Mijn broertje is hier in zijn omgeving op aangesproken.” De aanklager ging niet in op de opmerking, die overigens over een zeer ondergeschikt punt in de zaak gaat.
Pogingen van de rechter om meer van B. te horen, haalden niets uit. „Dit is mijn verhaal. Punt.” Advocaat mr. P. Plasman kondigde aan dat B. bij de inhoudelijke behandeling van de zaak in juli wel gaat praten. Nu doet B. er tijdens politieverhoren het zwijgen toe. Ook bij het Pieter Baan Centrum houdt hij zijn kaken op elkaar. Wel komt er volgens het PBC een gedragskundig rapport over de man.
Aanklager mr. F. van Straelen meldde woensdagmorgen dat er thuis bij Mohammed B. veel cd-roms met ongekend gruwelijke foto- en filmbeelden zijn gevonden. De beelden zijn zo schokkend dat de officier ze op een inhoudelijke zitting liever niet toont. Het betreft video’s van ophangingen, onthoofdingen, executies, het doorsnijden van kelen en amputaties van geslachtsdelen.
Een getuige heeft recent tegenover de politie verklaard dat B. en zijn medestanders de video’s op een laptop bekeken en ervan genoten. Als er in Rusland of het Midden-Oosten een gelijkgezinde werd omgebracht, begon B. te vloeken en zei hij bijvoorbeeld: „Kijk wat er met je broeders gebeurt.” De getuige meldde dat B. opgewonden raakte van geweld. Bij een ruzie in de buurt wilde hij iemand doodmaken. „Wij hebben hem toen overgehaald om rustig te doen.”
Onderzoek naar de vraag of B. hulp heeft gehad bij het beramen van de moord is nog in volle gang. Op grond van afgeluisterde gesprekken in het huis van Jason W. en Ismail A. gaat het openbaar ministerie ervan uit dat „een aantal personen binnen de kring van Mohammed B. moet hebben geweten wat hij van plan was op 2 november”, de dag van de moord. Ook is er die dag mogelijk een Arabier of een Marokkaan bij B. geweest.
Opvallend is dat Mohammed B. op de dag van de moord een extremistisch bandje in zijn walkman droeg. Dat bandje vormde mogelijk een soort instructie voor de moord.
B. neemt de volledige verantwoordelijkheid voor zijn daad op zich. Voorafgaand aan de moord op van Gogh schreef Mohammed B. vier brieven, waarvan er twee waren bestemd voor zijn eigen familie.
Pikant is dat de Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst (AIVD) de gesprekken die in het huis van Jason W. en Ismail A. in de Haagse Antheunisstraat zijn afgeluisterd, niet allemaal heeft bewaard. Justitie heeft alleen de beschikking over afgeluisterde gesprekken in de week na de moord op Theo van Gogh. Ze gaat ervan uit dat het afluisteren van de woning van Jason W. en Ismail A. rond 1 september 2004 is gestart.
De afgeluisterde gesprekken in de maanden voor de moord op Theo van Gogh zijn niet bewaard gebleven. Officier Van Straelen meldde daarover: „Uit capaciteitsoverwegingen worden, aldus de AIVD, met een microfoon afgeluisterde gesprekken die bij een eerste scan niet relevant worden geacht, gewist.” Dit geldt niet voor afgeluisterde telefoongesprekken. Daarvoor geldt een bewaartermijn van tien jaar. Een rol bij het niet verstrekken van afgeluisterde informatie speelt ook de bescherming van geheim agenten van de AIVD, aldus de aanklager.
Van Straelen meldde dat de AIVD „nooit eerder zo veel zo relevant materiaal” dat rechtstreeks voor een strafonderzoek kan worden gebruikt, heeft verstrekt.
Tijdens de inhoudelijke behandeling van de zaak, die op 11 juli start, zal prof. R. Peters, bijzonder hoogleraar in islamitsich recht aan de Universiteit van Amsterdam, zijn oordeel geven over de extremistische geschriften die bij Mohammed B. zijn aangetroffen. Ook zal een nabestaande van Theo van Gogh het woord voeren.
De aanklager meldde dat Mohammed B. zijn afscheidsbrieven aan familie en vrienden heeft geschreven met een balpen die hij tijdens de moord in een zak bij zich droeg.