Nederlandse biggen geliefd
In de eerste drie maanden van dit jaar zijn flink meer Nederlandse biggen geëxporteerd dan in dezelfde periode van 2004.
Dat blijkt uit dinsdag gepresenteerde cijfers van de Productschappen Vee, Vlees en Eieren (PVE). Ook de export van vleesvarkens zit met plus 21,7 procent in de lift.
De groei komt vooral doordat meer dieren richting de nieuwe lidstaten van de Europese Unie zijn gegaan. De Nederlandse biggetjes zijn in trek bij de Poolse en andere Oost-Europese veehouders. Voor de toetreding in mei 2004 exporteerde Nederland niet naar deze landen. Inmiddels gaat ruim 8 procent van de totale export er naartoe.
In het eerste kwartaal zijn in totaal ruim 939.000 biggen de grens over gegaan, becijferde de PVE. Dat is 8 procent meer dan vorig jaar.
De Nederlandse veehouderij deed goede zaken bij de grootste afnemer van biggen, Duitsland. Naar de oosterburen vertrokken 484.857 (11,9 procent meer) dieren. Ook Franse veehouders kochten in het eerste kwartaal ruim eenvijfde meer Nederlandse biggen. De groei in deze landen en de nieuwe lidstaten compenseert de gekrompen handel met Italië (27,2 procent) en Spanje (21 procent).
De handel in vleesvarkens lijkt een stuk grilliger. Zo importeerden landen zoals België, Luxemburg, Italië en Frankrijk aanzienlijk minder varkens.