Donors geven gul voor Sudan
Deelnemers aan de donorconferentie voor Sudan in de Noorse hoofdstad Oslo komen volgens hun verklaringen met meer geld over de brug dan de 2,9 miljard euro waarop werd gehoopt. Ondanks de slechte situatie in het West–Sudanese Darfur hebben landen in totaal zeker 3,6 miljard euro toegezegd om het zuiden van Sudan er bovenop te helpen, bleek dinsdag op de tweede en laatste dag van de conferentie.
De Noorse minister van Ontwikkelingssamenwerking, Hilde Frafjord Johnson, kon de conferentie opgetogen afsluiten. Het geld is onderdeel van de naar schatting meer dan 6,3 miljard euro die in eerste instantie nodig is voor de opbouw van Zuid–Sudan. Het land zal naar verwachting zelf dankzij olie–inkomsten een groot deel van de projecten kunnen financieren.
De toegezegde gelden moeten ervoor zorgen dat het vredesakkoord voor Zuid–Sudan van januari vruchten gaat afwerpen. Bijna een halve eeuw lang was het zuiden het toneel van een verbeten strijd van de veelal autoritaire islamitische regeringen in Khartum tegen de niet–islamitische, zwart–Afrikaanse bevolking in het zuiden. De strijdbijl is formeel in januari begraven door Khartum en de opstandelingen van het Sudanese Volksbevrijdingsleger (SPLA).
De Verenigde Naties schatten 800 miljoen euro voor noodhulp dit jaar nodig te hebben en voor de wederopbouw is er over een eerste periode van twee jaren naar schatting bijna 2 miljard euro internationale hulp nodig.
Dinsdag kwamen de Verenigde Staten ook over de brug met aanzienlijke toezeggingen. Het gaat allereerst om 680 miljoen euro en in 2006, mits goedgekeurd door het Congres, nog eens 720 miljoen euro. De Amerikaanse bijdragen hangen vooral af van de houding van de regering in Khartum. De strijd in Darfur moet ophouden. Anders kunnen de donors het vredesproces in het zuiden niet steunen, aldus de Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken, Robert Zoellick. Hij zei ook dat de hulp afhankelijk is van de houding van de partijen die de vredesakkoorden in januari voor Zuid–Sudan sloten.
De Europese Commissie zegde in Oslo 610 miljoen euro toe. Londen komt over de brug met ruim 435 miljoen, Noorwegen met 200 miljoen en Nederland met 175 miljoen, nog afgezien van 30 miljoen euro noodhulp.
De gruwelen in Zuid–Sudan zijn evenwel nog geen oude geschiedenis. Regimes in Khartum hebben vaker de uitvoering van vredesakkoorden op het nippertje voorkomen. Het is bij de overwegend militaire leiders in de hoofdstad altijd de bedoeling geweest om heel Sudan in één centraal geregeerde, islamitische Staat te verenigen. Mede door olievondsten in het grensgebied tussen het islamitische noorden en het zuiden van de opstandelingen is de strijd daar gestaakt. Maar tal van stammen in het olierijke gebied zijn niet geraadpleegd voor de vredesovereenkomsten waarmee de regering en de SPLA de olierijkdommen onderling hebben verdeeld.
In West–Sudan tonen de leiders in Khartum met hun luchtmacht en met Arabischtalige pro–regeringsmilities dat hun doeleinden niet met een vredesakkoord veranderen. De gruwelen in Darfur wijzen op systematische etnische zuiveringen gericht tegen zwart–Afrikaanse stammen en clans die zich verzetten tegen de centrale regering. Naar schatting twee miljoen mensen zijn in Darfur verdreven en er sterven er naar schatting 10.000 mensen per maand als gevolg van het geweld. De oorlogsmisdaden in Darfur zijn zo ernstig dat het nieuwe Internationaal Strafhof zich er vanaf deze maand over buigt.