De subsidiekwestie komt wel weer voor bij de WTO, de Wereldhandelsorganisatie, als de EU besluit dat Airbus nieuwe subsidies kan krijgen. Een woordvoerder van de speciale Amerikaanse handelsvertegenwoordiging heeft dat gezegd.

De VS en de EU maken al jaren ruzie over de steun aan hun vliegtuigindustrie. Ze beschuldigen elkaar van oneerlijke concurrentie door de vliegtuigbouwers Boeing en Airbus financieel bij te staan.

In januari besloten de twee partijen een ’wapenstilstand’ te sluiten en de subsidiëring te bevriezen. Ze gingen met elkaar onderhandelen in plaats van de kwestie in een langdurige procedure te laten beoordelen door de WTO. Er werd een periode van negentig dagen afgesproken waarbinnen overeenstemming moest worden bereikt.

Die periode loopt maandag af. De afgesproken termijn kon niet worden gehaald omdat halverwege maart de besprekingen stil kwamen te liggen na een hoog opgelopen telefonade tussen de Amerikaanse handelsgezant Robert Zoellick en de Europese handelscommissaris Peter Mandelson. Bij dat gesprek werd de hoorn erop gegooid.

In 1992 kwamen de EU en de VS overeen dat eenderde van de kosten van nieuwe vliegtuigmodellen gesubsdieerd mochten worden. Vorig jaar oktober maakten de VS eenzijdig een einde aan die afspraak omdat ze Airbus een volwassen concern achten. De Europese vliegtuigbouwer leverde de afgelopen twee jaar meer toestellen af dan Boeing. In het eerste kwartaal van dit jaar behield Airbus zijn voorsprong.

Dinsdag kwam Zoellick naar Brussel. Toen liet hij al weten de termijn van de wapenstilstand wel te willen verlengen. Mandelson zei toen dat er voor maandag nog wel een oplossing te vinden zou zijn. Zoellick is nu onderminister van Buitenlandse Zaken van de VS. Zolang zijn opvolger, Rob Portman, nog niet officieel is aangesteld, houdt Zoellick zich nog met de subsidiekwestie bezig.