Dat heeft de RUG donderdag bekendgemaakt. Zes jaar studeren en reizen heeft J. Kroesen en R. Steensma het encyclopedische boek ”Het middeleeuwse dorpskerkinterieur” opgeleverd. De twee onderzochten de interieurs van honderden kerken in zestien Europese landen en concluderen daaruit dat Europa in de middeleeuwen cultureel gezien een grote eenheid kende.

Volgens kerkhistoricus Kroesen had er daarom een verwijzing naar het christendom in de Europese grondwet moeten worden opgenomen. „Wij kwamen in Zweden in kerken dezelfde beeldtaal tegen als in Spanje, dat duidt erop dat Europa één cultuurgebied was. Het rooms-katholieke geloof was daarin de bindende factor. De cultuur die is voortgevloeid uit natiestaten is bijvoorbeeld van pas veel later”, zei Kroesen.

De twee onderzoekers stellen dat vooral lutherse kerken de Europese culturele eenheid goed hebben geconserveerd. „Bij de Reformatie hebben lutheranen veel spullen in de kerken gewoon laten staan in plaats van ze eruit te slopen. Daarbij waren lutheranen conservatief; in gebieden als Zweden speelde ook armoede een rol,” aldus de kerkhistoricus.