Kinderen zijn hinderen
Eindelijk een beetje goed nieuws. Een woensdag gepubliceerd onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) wijst uit dat het met de meeste kinderen in Nederland goed gaat. Zo’n 85 procent van de 2,5 miljoen jongeren beneden de twaalf jaar heeft nauwelijks problemen. De uitkomsten lijken de uitspraak van Vader Cats dat kinderen vooral hinderen, dus lastposten, zijn te logenstraffen.Opvoedingsproblemen doen zich volgens het SCP-rapport vooral voor in gezinnen met een allochtone achtergrond, of waar opleiding en inkomen van de ouders op een erg laag niveau staan. Ouders van die kinderen ervaren de opvoeding als bijzonder lastig. Wanneer zowel vader als moeder een baan buitenshuis heeft en -vooral laatstgenoemde- een behoorlijke opleiding heeft, zijn er meestal minder moeilijkheden.
Daarmee is overigens niet gezegd dat het niet in het belang van het kind is wanneer ouders de handen voor hen vrij hebben als de schooldeuren dicht zijn. Een rapport van de Amerikaanse raad voor gezinszaken van eind vorige maand toont onomstotelijk aan dat kinderen die bij thuiskomst hun moeder aantreffen die ook tijd voor hen heeft, op latere leeftijd tot evenwichtiger mensen uitgroeien dan sleutelkinderen. Laatstgenoemden hebben drie keer zo veel kans op latere leeftijd te ontsporen als kinderen op wie moeder na schooltijd met de theepot zit te wachten.
Opvoeden is nooit gemakkelijk geweest, maar zeker vandaag de dag niet. De sterk geïndividualiseerde maatschappij stuwt kinderen al op jonge leeftijd naar zelfredzaamheid en het maken van zelfstandige keuzes. Hun wordt geleerd kritisch te staan tegenover allerlei conventies. Ze moeten vooral zelf uitmaken wat goed is.
Ouders die moeite met moeite het hoofd boven water kunnen houden, hebben daarbij een extra probleem. Willen hun kinderen op school en in groepen niet buiten de boot vallen, dan moeten zij hun kroost met zijn tijd mee laten gaan. Daarbij gaat het om kleding, ontspanning, zakgeld enzovoort. Dat vraagt forse financiële offers, die bijvoorbeeld gezinnen met een minimuminkomen niet of nauwelijks kunnen opbrengen.
Niet alleen voor ouders die maar moeilijk kunnen rondkomen met hun bescheiden inkomen, maar ook voor die met meer financiële armslag zou het een uitkomst zijn wanneer kinderen de kunst van het consuminderen zouden leren. Het is voor jongeren vormend wanneer zij leren dat niet alles zomaar kan. Behalve dat hierover in de huiskamer gesproken moet worden, is dat zeker ook een onderwerp voor het klaslokaal en het clubhuis. Scholen zouden zich eens af moeten vragen of dure excursies naar vergelegen oorden per se noodzakelijk zijn.
Daarbij is wel nodig dit onderwerp zo concreet mogelijk aan de orde te stellen. Terwijl de moderne levensfilosofie is dat iedereen zichzelf mag zijn, dwingt de jongerenmode keer op keer tot forse uitgaven. Zeker christelijke ouders, scholen en groepen, die geloven dat er meer is dan het zien- en zinnelijke, zouden hierop moeten ingaan.
De uitkomsten van het SCP-rapport lijken ook een correctie te zijn op het algemeen gevoelen dat de moderne kinderen opgroeien voor galg en rad. Toch is dat maar de vraag. Het rapport geeft nauwelijks informatie over het besef van waarden en normen bij de jongeren. En allerlei berichten wijzen erop dat er op dat punt meer mis is dan vaak wordt gehoopt.
De oorzaken daarvan zijn bekend, maar liggen gevoelig. Uit het eerder genoemde Amerikaanse onderzoek blijkt dat wanneer vader en moeder te weinig tijd hebben voor gesprek en voor waardeoverdracht en -vooral- wanneer ze voor hun kinderen te weinig zichtbaar zijn, het vaak fout gaat. Zou Cats in de ogen van veel moderne ouders toch gelijk hebben?