Weer maakt Van Mierlo bij D66 het verschil
Peentjes had hij gezweet. D66-leider Dittrich maakte er zaterdag na afloop van het congres geen geheim van dat hij in de rats had gezeten over de uitslag van de ledenraadpleging. Het was vooral aan coryfee Van Mierlo te danken dat het zo goed afliep.
Het onbehagen onder de ruim 2600 congresgangers was tastbaar. De partij had niets meer in dit conservatieve kabinet te zoeken, zo vonden diverse afdelingen. Een van de weinige redenen om met CDA en VVD in zee te gaan, was de gekozen burgemeester. Die was de nek omgedraaid. Weliswaar door de PvdA, maar toch.
Bovendien was ook nog eens het plan voor hervorming van het kiesstelsel om zeep geholpen, nog wel door coalitiepartner VVD. Daar kwam bij dat de compensatie die D66 was geboden in het paasakkoord, weinig voorstelde. Verder had de partijtop het bestoken om het congres onder zware druk te zetten door de opvolger van Thom de Graaf alvast te benoemen. Niet eerder ontmoette de partijtop zo’n vijandige ledenraad.
Partijleider Dittrich had dan ook heel wat uit te leggen, vooral omdat ook Van Mierlo venijnig naar de partijtop had uitgehaald. De partij is volgens hem voor langere tijd uitgeleverd aan CDA en VVD. Zijn stemgedrag laat hij sterk afhangen van de argumenten van Dittrich.
Die begint sterk met de grootmoedige erkenning dat hij zich vergist heeft in de snelle benoeming van de nieuwe minister van Bestuurlijke Vernieuwing, Pechtold. Het was zijn bedoeling „het hele pakket” aan het congres te presenteren, inclusief een volwaardige minister, maar dat is anders uitgelegd dan hij heeft ingeschat. Een vergissing, geeft hij ruiterlijk toe. De openingszet wordt door het congres met een royaal applaus beloond.
Het vervolg is beduidend zwakker. Anders dan tijdens het debat van vorige week dinsdag in de Tweede Kamer, waar hij in de aanval ging, kiest hij nu voor de verdediging. Het klinkt allemaal niet overtuigend. Als hij in een poging de kritiek op de beëdiging van Pechtold te pareren op zeker moment ook nog de Koningin te hulp roept, is zelfs boegeroep zijn deel.
Meer waardering is er voor minister Brinkhorst van Economische Zaken, die zijn partij voorhoudt dat het belang van de natie op het spel staat. „We gaan ons land toch niet uitleveren aan de populisten van links en de populisten van rechts?”
Ook staatssecretaris Van der Laan (Mediabeleid) raakt de harten van de achterban als ze warme woorden richt aan het adres van Thom de Graaf. Maar het gemor over het paasakkoord is daarmee niet uit de lucht. Vooral de asielzoekers en het milieu worden node in het akkoord gemist.
Een motie om Dittrich terug te sturen naar de onderhandelingstafel, lijkt het ruimschoots te gaan halen totdat de partijleider duidelijk maakt dat hij daar absoluut niet over piekert. Afwijzing van het paasakkoord betekent een regelrechte crisis in de partij, zo wordt duidelijk.
De eerste die dat klip en klaar aangeeft, is ex-partijleider Jan Terlouw. Hij doet een emotioneel beroep op het congres om het gezonde verstand te blijven gebruiken. „Als de partij stuurloos raakt, heeft van Thijn pas echt zijn zin.” Zijn gezag blijkt echter tanende. De zaal geeft hem te verstaan dat hij maar weer moet gaan zitten.
De discussie verloopt steeds heftiger en de spanning stijgt. Er rest nog maar één vraag: Waar blijft Van Mierlo? Hij heeft het niet beter kunnen timen. Het wordt doodstil als hij als een van de laatsten het woord krijgt. Even lijkt het erop dat hij zich van een stemadvies onthoudt. „Iedereen moet een eigen afweging maken”, benadrukt hij.
De grote winst is volgens hem dat CDA en VVD voor het eerst in veertig jaar hebben erkend dat er iets grondig mis is met de band tussen kiezer en gekozene. Daarom zal hij voor stemmen. De spanning is gebroken. Ruimhartig spreekt het congres zijn vertrouwen uit in de partijtop. Hafmo, zoals intimi de grijze eminentie naar zijn vijf voorletters noemen, maakt nog steeds het verschil.