Kerk & religie

„Geloofsgesprek is verwaarloosde rekening van kerk”

„Diaconaat is een integraal onderdeel van ons kerkzijn. Dat staat niet ter discussie. Wel is het nodig om ons in de geloofsverlegenheid van deze tijd erop te bezinnen hoe we het geloof in deze cultuur kunnen communiceren. De vraagstukken die daarmee samenhangen horen op de kerkelijke agenda’s.”

Van een medewerker
23 March 2005 10:46Gewijzigd op 14 November 2020 02:22

Deze conclusies trok dr. H. Noordergraaf, docent diaconaat aan de kerkelijke opleiding van de Universiteit Leiden, dinsdag aan het eind van een discussiemiddag in het Landelijke Dienstencentrum (LDC) van de PKN in Utrecht.

De discussie ging over een aantal uitspraken van de protestantse predikant dr. A. Polhuis, die hij deed in het blad Kontekstueel en die veel stof deden opwaaien. De bijeenkomst was georganiseerd door het bezinningscentrum van de Protestantse Kerk in Nederland in samenwerking met hulporganisatie Kerkinactie.

In Kontekstueel stelt dr. Polhuis dat de Rotterdamse stadsgemeente waaraan hij is verbonden door vergrijzing over ongeveer tien jaar, menselijkerwijs gesproken, zal ophouden te bestaan. „Ik pleit dus voor concentratie op de eigenlijke taak van de kerk. Dat wil concreet zeggen: concentratie op de uitleg van de Schrift. Het betekent vooral inzetten op evangelisatie. Alles moet op alles gezet worden om in de stad kernen overeind te houden die de Schrift lezen.”

De predikant schreef te denken aan samenwerking met bijvoorbeeld Youth for Christ, die „in de stad prima werk doet” en met „zwarte evangeliserende christelijke gemeenschappen.”

In het jongste nummer van het Centraal Weekblad schrijft hij dat zijn veranderde opvattingen mede te maken hebben met een stuk geloofsonzekerheid: „Ik wist eigenlijk niet goed wat ik zeggen moest en als ik al wat zei, ervoer ik het zelf als een beetje wereldvreemd. Achteraf denk ik wel eens dat mijn keuze voor het diaconaat vooral door deze aarzeling in het pastoraat bepaald is. Naast en na het luisteren en meelopen moet ook gezegd, verkondigd worden. Precies dat heb ik niet geleerd of ben ik al gaande de weg verleerd. Weten we nog waar we voor staan? Is de verlegenheid, die ik persoonlijk voel, niet ook de verlegenheid van de kerk?”

Dr. Polhuis schrijft dat het nodig is „deemoedig” te luisteren naar de Schriften en „dat we mogen wijzen op Jezus Christus, gekruisigd en opgestaan. Dat noem ik enigszins oneerbiedig de core-business van de kerk.”

Aan het slot van het artikel roept de predikant, die een naam heeft op het gebied van diaconaat, op tot een „decennium voor de evangelisatie.”

Opvallend genoeg was dr. Polhuis dinsdag zelf niet aanwezig. Hij had deze middag geen tijd en de organisatie wilde de nu actuele discussie niet pas na Pasen voeren. Drie van de vijf sprekers hadden met diaconaat te maken: dr. J. Beumer, diaconaal predikant in Haarlem, drs. L. Miedema, diaconaal predikant in Amsterdam-Noord en Nienke van Dijk, directeur van Stek (Stad en kerk), de diaconale uitvoeringsorganisatie van de protestantse gemeente Den Haag. Alle drie voerden ze een pleidooi voor een al dan niet vernieuwd diaconaat.

Daarnaast waren de emeritus hoogleraar praktische theologie dr. H. Pasveer en godsdienstsocioloog drs. G. de Jong naar het LDC gekomen om hun mening te geven.

De Jong heeft onderzoek gedaan in de wijk Pendrecht-Heijplaat, waar dr. Polhuis werkt. De situatie is er volgens hem inderdaad „uiterst zorgelijk. Kerkgroei valt niet meer te verwachten.” Naar zijn mening wordt het tijd dat de Rotterdamse kerken binnen de PKN gezamenlijk afspraken maken. Het lijkt hem nodig dat er knopen worden doorgehakt, zo nodig door de landelijke kerk.

Er waren ook mensen uit Rotterdam-Zuid aanwezig. Een vrouw herkende zich absoluut niet in het verhaal van Polhuis. „Als je de diaconie op de tweede plaats zet, ben je als kerk nergens meer.” Het leverde applaus op. Een andere Rotterdammer merkte op dat een reeds lang ingestelde stuurgroep de problematiek in Rotterdam bespreekt, waarbij ook het onderwerp evangelisatie aan de orde komt.

Tijdens de discussie merkte dr. Pasveer op dat mensen verlegen zijn om het geloofsgesprek te voeren. Hij noemde dit een „verwaarloosde rekening van de kerk.”

Dr. Beumer vindt het merkwaardig dat die verlegenheid er vaak is in kerkenraden, terwijl hij die niet ervaart in een inloophuis. Drs. Jong heeft het idee dat mensen uit orthodox-protestantse en evangelische kringen er minder moeite mee hebben.

Dr. Beumer, van wie zojuist een boek verscheen onder de titel ”De spiritualiteit van het gewone leven”, merkte op dat de tijd verandert. „God wordt volop gezocht. Mensen krijgen langzaamaan genoeg van de rondrazende oppervlakkigheid en de depressief makende onverschilligheid.”

Hij zei ervan wakker te liggen dat de kerk, de instantie die zich bezighoudt met zingevingvraagstukken, niet genoeg aanwezig is in de maatschappij. Voor die aanwezigheid is zijns inziens juist het diaconaat nodig.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer