Dat bleek maandag na een hoorzitting van de Tweede Kamer met de partijen die samen met de ministers aan de onderhandelingstafel zaten.

Aannemers, gemeenten, provincies en waterschappen toonden zich er allemaal verbaasd over dat het kabinet een principeakkoord dat bereikt was met de ministers Peijs (Verkeer) en Dekker (VROM) naast zich neerlegde. Om „principiële redenen”, aldus premier Balkenende begin deze maand. Dat maakte de verbazing alleen maar groter bij de betrokkenen, omdat er maandenlang onderhandeld was over een akkoord, van uiteindelijk 65 miljoen euro.

Het gaat om een bedrag van 50 miljoen dat de aannemers aan gemeenten, provincies, waterschappen en rijksoverheid betalen als vergoeding voor schade. De resterende 15 miljoen is de bijdrage van de bouwers aan een samenwerkingsprogramma met de overheid. Uitgangspunt van de onderhandelingen was de schaduwboekhouding van klokkenluider Bos, die openbaar werd na de parlementaire enquête naar bouwfraude.

Enkele dagen nadat Balkenende had gezegd dat de schikking niet door zou gaan, maar dat de rijksoverheid rechtszaken zou aanspannen, schreef minister Dekker de Tweede Kamer dat het ging om schadeclaims die optelden tot 150 miljoen euro. Het werd uiteindelijk 50 miljoen euro, maar het kabinet vond dat kennelijk te weinig. Niet alleen de aannemers, ook de gedupeerde provincies, gemeenten en waterschappen gaven aan de onderhandelingen te willen hervatten.

Voor CDA Tweede Kamerlid Atsma was er maar één conclusie na de hoorziting: opnieuw aan de onderhandelingstafel. Dat gold ook voor zijn VVD collega Hofstra, die erbij aantekende dat het schikkingsbedrag hoger mag uitvallen. Voor PvdA Tweede Kamerlid Depla is schikking geen doel, maar ook hij is voor het hervatten van onderhandelingen. Dat moet dan wel leiden tot een bedrag dat duidelijk hoger is dan eerder werd overeengekomen.