Verdachte wapenhandel Liberia nog twee weken vast
De 62–jarige Nederlandse zakenman die wordt verdacht van betrokkenheid bij wapenleveranties aan Liberia, blijft nog veertien dagen vastzitten. Dat heeft de rechter–commissaris bepaald, zei een woordvoerder van het landelijk parket van het Openbaar Ministerie (OM) dinsdag.
De nationale recherche hield de man vrijdag in Rotterdam aan. Justitie verdenkt hem er ook van dat hij betrokken is geweest bij oorlogsmisdaden in Liberia. De verdachte was eigenaar van een houtkapbedrijf in Liberia.
De verdenkingen tegen hem ontstonden naar aanleiding van onderzoek door de Verenigde Naties en de Britse organisatie Global Witness, die zich bezighoudt met relaties tussen de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen en de schending van mensenrechten. Volgens de website van deze organisatie gaat het om de Nederlander G.K.
De haven van Buchanan, ten zuidoosten van de hoofdstad Monrovia, zou onder controle hebben gestaan van de Nederlander en zijn houtkapbedrijf. Via deze haven zouden illegale wapenzendingen het land bereiken. Verschillende getuigen legden bij de Nationale Recherche verklaringen af over wapenleveranties en de betrokkenheid daarbij van de Nederlander in de jaren 2001, 2002 en 2003.
Volgens I. Weski, advocaat van K., heeft haar cliënt zich in het verleden altijd bereidwillig opgesteld. „Hij weet al jaren dat er verhalen over hem de ronde doen. Samen hebben we nog het ministerie van Justitie benaderd om daarover te komen praten, maar daar is niet op gereageerd". De aantijgingen waarvan K. wordt beschuldigd, oorlogsmidaden en wapenhandel, kloppen niet. Het gaat enkel om geruchten, aldus Weski namens haar cliënt.
Ze maakt zich zorgen over zijn verdediging. „Hoe betrouwbaar is het materiaal dat de nationale recherche heeft verzameld? Welke personen hebben ze gesproken in Liberia en hoe kwamen ze bij hen? Het wordt een hele toer om dat te controleren". Weski zal daarover bij de rechtbank een „waslijst" met verzoeken indienen.