Dat hebben de vier prominentste dissidenten in Cuba maandag gezegd tijdens een gesprek met Europese ambassadeurs in de ambtswoning van de hoogste afgevaardigde van de Europese Unie in Cuba, Sven Kuhn von Burgsdorff.

De gewoonlijk ernstig verdeelde Cubaanse dissidenten Oswaldo Paya, Martha Beatriz Roque, Vladimiro Roca en Manuel Cuesta waren eensgezind tegenover de Europese ambassadeurs uit onder meer Frankrijk, Spanje en Tsjechië. Ze vroegen de Europese Unie de druk op de Cubaanse leider Fidel Castro op te voeren.

De Europese Unie uitte felle kritiek op de aanval van de Cubaanse autoriteiten op 75 dissidenten twee jaar geleden. De dissidenten werden veroordeeld tot lange gevangenisstraffen wegens samenwerking met Amerikaanse functionarissen om het regime van Castro te ondermijnen. Zowel de dissidenten als Washington ontkenden.

De Europese Unie besloot in reactie op de aanval de betrekkingen met Cuba op een laag pitje te zetten. De relatie warmde weer wat op in november nadat de Cubaanse autoriteiten veertien dissidenten hadden vrijgelaten. Eind januari werden de betrekkingen genormaliseerd.

De dissidenten lieten gisteren echter weten niet blij te zijn met de nieuwe ’vriendschap’ tussen de EU en het regime in Cuba. „We moeten afwachten”, zei Roque, een van de gevangenen die vorig jaar werd vrijgelaten. „Ze zeggen dat ze goede dingen voor ons gaan doen met deze normalisering. Misschien als we drie, vier maanden wachten, zullen ze zien dat Fidel Castro doof is en dat het onmogelijk is om met hem te praten.”