Eenderde van de schoolgaande jeugd blijkt ervaring met geslachtsgemeenschap te hebben. „Ik denk dat het gemiddelde hoger moet zijn”, reageert een van de oudere meisjes. „Misschien hebben veel jongeren toch een zekere schroom bij het invullen van een enquête over seksualiteit.”

„Onzin”, reageert een 16-jarige allochtone scholier. „Driekwart van de jongeren uit mijn klas claimt iets gedaan te hebben. Vergeet niet dat het imago heel belangrijk is voor een puber. Veel jongens scheppen graag op. Zo’n enquête vul je alleen in. Je hoeft dan niet te overdrijven. Het cijfer kan dus best kloppen.”

Zijn even oude buurman knikt. „We praten met elkaar bijna alleen maar over seks. Het is leuk om daarover op te scheppen. De helft van alle verhalen is gelogen. Dat is helemaal niet erg. Als je maar wat aardigs kunt vertellen. In zekere zin is het een soort groepsdwang.”

Uit het onderzoek blijkt ook dat jongens eerder seksueel actief zijn dan meisjes. „Dan zou het cijfer toch even hoog moeten liggen?” vraagt een deelnemer. Een van de meisjes heeft een verklaring: „Bij meisjes zie je op 14- en 15-jarige leeftijd veel meer extreme gevallen dan bij jongens. Er zijn een paar sletten die met verschillende jongens naar bed gaan.”

Een 21-jarige moslima weet niet of ze het daarmee eens is. „Ik heb zelf nog geen geslachtsgemeenschap gehad en veel van mijn vriendinnen ook niet. We hebben het er vaak met elkaar over wie onze prins op het witte paard zal worden. We praten ook regelmatig met getrouwde islamitische vrouwen over dit onderwerp. Al willen we maagd blijven, we zijn wel nieuwsgierig.”

„We doen best stoer over seks”, bekennen een paar jongeren. De moslima: „Er wordt ook veel over geroddeld. Toch zijn we niet al te open. Als een broer van een meisje hoort dat ze met een jongen naar bed is geweest, slaat hij die jongen zo in elkaar.”

Een van de andere onderzoeksresultaten is dat leerlingen van het vmbo sneller met iemand naar bed gaan dan hun leeftijdsgenoten die op het vwo zitten. De jongeren denken dat ze weten hoe dat komt. „Als je in de derde klas van het vmbo zit, ben je al met de afronding van de studie bezig. Op het vwo moet je dan nog een paar jaar. Op het vmbo is de druk groter om als een volwassene te gaan leven. Daar hoort ook seks bij. Je bent vreemd als je van school komt en je nog geen geslachtsgemeenschap hebt gehad. Dat heeft met de psyche van een puber te maken.”

Een studente communicatie: „Op het vwo ben je veel meer met de studie bezig. Daar is de grote vraag wie de hoogste cijfers heeft.” Haar buurmeisje: „Ik zat eerst op het vwo en nu op het havo. Dat is al een groot verschil. Wij praten veel meer over seks en uitgaan.”

Praten de dertien jongeren veel over seksualiteit met hun ouders? Een 21-jarige deelneemster: „Ik heb een supergoede band met mijn vader, maar dit gaat hem niets aan. Ik praat er liever met mijn vriendinnen over.” Een ander: „Ik zou het wel willen, maar mijn moeder is streng opgevoed. Met haar kan ik dus niet praten.”

Een allochtone jongen heeft een andere ervaring. „Ik ben door mijn moeder opgevoed en ik bespreek alles met haar. Ze is maar twintig jaar ouder, dus ze begrijpt me heel goed. Mijn moeder leert me wat ik goed en fout doe.”

„Ik ben ook alleen opgevoed door mijn moeder”, reageert een andere allochtone jongen. „Zij is mijn voorbeeld. Ik vind het belangrijk met haar over seksualiteit te praten, want zij heeft ervaring. Mijn vrienden kunnen alles liegen.”

PvdA-kamerlid Arib is ook bij de presentatie van het onderzoek aanwezig. „Ik ben blij dat er eindelijk weer een onderzoek is. De Tweede Kamer praat eind deze maand over de preventie van onder meer seksueel overdraagbare aandoeningen. Ik eis van de minister een reactie op dit onderzoek.”

De Rutgers Nisso Groep en Soa Aids Nederland ontwikkelen nu met een groot aantal andere instellingen een actieplan. Dat moet voor het einde van dit jaar klaar zijn. Voor het ministerie van VWS is het onderzoek een van de belangrijkste actiepunten in de verbetering van de seksuele gezondheid van Nederlandse jongeren.