In 2004 minder slachtoffers bij overwegen spoor
Overwegen worden steeds veiliger. Vorig jaar vielen er bij 59 botsingen op spoorovergangen vijftien doden en 21 gewonden. In 2003 waren er nog 31 doden en 34 gewonden.
Spoorbeheerder ProRail, die de cijfers donderdag bekendmaakte, zoekt de oorzaak in de ombouw van onbeveiligde overgangen of zogenoemde AKI’s (Automatische Knipperlicht Installatie) naar mini-AHOB’s. Dat zijn overgangen met korte aluminium overwegbomen die dankzij ingebouwde LED-verlichting goed zichtbaar en opvallend zijn geworden. Ook de knipperlichtinstallaties van deze overgangen en van de gewone beveiligde overwegen zijn daarnaast de laatste jaren in snel tempo van LED’s voorzien.
Het aantal AHOB’s bleef met 1087 nagenoeg gelijk, het aantal mini-AHOB’s nam toe van 207 tot 348, terwijl de AKI’s in aantal halveerden, van 307 naar 151. AHOB staat voor Automatische Halve Overweg Bomen.
De veiligheid van spoorovergangen wordt bepaald door de treinfrequentie. Hoe meer treinen, des te langer de overwegen per uur gemiddeld dicht zijn. Ook de groei van het wegverkeer mag niet uitgevlakt worden: meer voertuigen en passanten geven meer kansen op een botsing. Daarbij neemt de discipline af, aldus ProRail. Mensen negeren rode lichten, bellen en (neergelaten) bomen.