Het holocaustmuseum in de Israëlische hoofdstad dient volgens hem als een belangrijke wegwijzer die waarschuwt „hoe klein de afstand is tussen haat en moord, tussen racisme en genocide.”

Kastav zei bezorgd te zijn over de ontkenning van holocaust en antisemitisme. Europa moet volgens hem de last van de herinnering aan de holocaust accepteren en er lessen uit trekken voor de toekomst. „Europa is dat verplicht aan de miljoenen Joden die op zijn bodem werden vermoord.”

De opening van het museum werd bijgewoond door delegaties uit veertig landen. Sinds de begrafenis van premier Rabin in november 1995 zijn niet meer zo veel hoogwaardigheidsbekleders tegelijkertijd in Israël op bezoek geweest. Tot de aanwezigen behoorden staatshoofden, premiers en andere hoogwaardigheidsbekleders. Ook premier Balkenende en de secretaris-generaal van de Verenigde Naties Kofi Annan waren voor de opening van het gebouw naar Israël gereisd. Arabische leiders waren afwezig.

De Israëlische premier Ariel Sharon merkte op dat bezoekers die het onderaardse museum verlaten het landschap van Jeruzalem zien. De Israëli die het museum verlaat, weet volgens Sharon dat de staat Israël de enige plaats op de wereld is waar joden het recht en de kracht hebben zichzelf te verdedigen.

Yad Vashem is volgens VN-secretaris-generaal Annan een voortdurende herinnering aan de systematische moord op 6 miljoen joden en miljoenen anderen een teken dat een dergelijke verschrikking nooit meer ergens mag gebeuren. „De VN hebben de heilige verantwoording om haat en onverdraagzaamheid te bestrijden. Een VN die faalt aan het front in het gevecht tegen antisemitisme en andere vormen van racisme ontkent zijn geschiedenis en ondermijnt zijn toekomst.”

Nobelprijswinnaar voor de vrede Elie Wiesel zei dat joden tijdens de holocaust konden worden vermoord omdat ze niet als mensen werden beschouwd. „In de ogen van de moordenaars waren het geen menselijke wezens, maar joden. Omdat het joden waren, was het zo gemakkelijk voor de moordenaars om ze te doden.”

De toespraken werden dinsdagavond afgewisseld met muziek, zang en voordrachten waarin individuele slachtoffers van de holocaust werden herdacht. De plechtigheid, bijgewoond door ongeveer 2000 genodigden, werd gehouden in de bijtende kou.

Voordat de openingsplechtigheid plaatshad, kregen buitenlandse gasten de gelegenheid het museum te bekijken. Na de opening was president Katsav in de Knesset gastheer tijdens een diner voor de hoogwaardigheidsbekleders. „We zien vandaag een golf van antisemitisme die we sinds de Tweede Wereldoorlog niet gezien hebben”, aldus Katsav. „We zijn opnieuw getuige van aanslagen op synagogen, ontwijdingen van begraafplaatsen en laster aangebracht op de muren.”

Yad Vashem werd in 1953 door het Israëlische parlement in het leven geroepen om de slachtoffers van de holocaust en degenen die geprobeerd hebben hen te redden, te herdenken. Het oude museum was te klein geworden. Met het nieuwe museum hoopt Israël de herinnering aan de holocaust voor de komende generaties te bewaren.

De politie in Jeruzalem had dinsdag strenge veiligheidsmaatregelen getroffen. Een aantal straten was afgesloten. In veiligheidskringen bestond de vrees dat terroristen een aanslag zouden plegen of dat tegenstanders van het terugtrekkingsplan van premier Sharon verkeerswegen zouden blokkeren.