Westlands water verdwijnt in kelders
De wateroverlast van vorig jaar zomer zijn de kwekers in het Westland nog niet vergeten. Kweker P. Barendse bedacht er een oplossing voor: onder zijn nieuwe kassen wil hij een enorme kelder bouwen waarin hij het overtollige water gaat opvangen. Het hoogheemraadschap vindt het een goed idee, maar wil de bouwplannen van Barendse niet financieren.
Het initiatief van de kweker blijkt zo gek nog niet. Onderzoeksbureau Aqua-Terra Nova becijferde dat het hoogheemraadschap Delfland bij een maximale onderkeldering van de glastuinbouwbedrijven slechts 50 tot 60 hectare noodoverloopgebied hoeft aan te leggen. Het hoogheemraadschap dacht zelf hiervoor ten minste 300 hectare nodig te hebben.
Ook de speciale stuurgroep ”Waterberging in kelders onder kassen” concludeerde eind januari dat het idee van Barendse haalbaar was. Toch krijgt de kweker uit Naaldwijk weinig concrete steun voor zijn bouwplannen. Vooral de financiering blijkt een probleem te zijn. Barendse: „Het hoogheemraadschap wil voor een proefkelder 7 euro per kuub per jaar vergoeden. Dat zou ten minste 20 tot 25 euro moeten zijn.”
De plannen van Barendse (55) zijn groots. „Onder 2 hectare nieuwe kassen moeten dubbele kelders komen. In de onderste verdieping is dan ruimte voor 32.000 kuub oppervlaktewater. De bovenste verdieping wil ik voor eigen gebruik houden.”
Hoogheemraadschap Delfland vindt de kelder van Barendse te groot en denkt dat hij op de verkeerde plek ligt. Een woordvoerder: „Natuurlijk zijn we blij met het enthousiasme van Barendse, maar zijn plannen moeten wel bruikbaar zijn. De stuurgroep heeft voorkeur voor een proefproject op kleine schaal in een polder. Daar is de wateroverlast het grootst en de ruimte voor wateropslag het kleinst. Het nieuwe bedrijf van Barendse staat buiten de polder en heeft dus niet de voorkeur.”
Kees Duijvesteijn, voorzitter van boerenorganisatie LTO Noord afdeling Westland, wijst op een mogelijke andere inkomstenbron voor de enthousiaste kelderbouwer. „Iedere tuinder is sinds vorig jaar verplicht voor wateropslag te zorgen: 325 kuub per hectare grond. Eigenaren van een waterkelder kunnen die opslagruimte dus prima verhuren aan hun buren. Dat brengt meer in het laatje dan die vergoeding van het hoogheemraadschap.”
Volgens de tuinbouwvoorman zijn de verenigde kwekers van het Westland „overwegend positief” over het bergen van water onder de grond. „Ze kunnen de kelder ook voor eigen gebruik inzetten. Daardoor zijn ze minder grond kwijt aan de bassins. Bovendien is het probleem van de wateroverlast opgelost.”
Op verschillende plaatsen in het Westland zijn reeds kelders onder kassen aanwezig. Tuinder P. van der Haak uit ’s-Gravenzande showt met enige trots het waterreservoir onder het achterste gedeelte van zijn kas. Alleen een klein vierkant luik in het beton geeft aan dat er een kelder moet zijn. Met enige moeite licht Van der Haak het luik op. Uit het water rijzen tientallen pvc-pijpen omhoog.
De kelder van de geraniumkweker blijkt gebouwd via het ingenieuze watershell-systeem. Daarbij wordt eerst de kelderbak gebouwd. Op de vloer komen pvc-pijpen te staan, die bovenop met elkaar verbonden zijn door bolvormige ’deksels’. Met elkaar vormen die een soort mozaïekvloer, waar een laagje beton overheen komt. Slechts 3 centimeter is voldoende.
Van der Haak gebruikt het water in zijn kelder voor de beregening van zijn geraniumstekken. „Die kunnen er niet tegen als het water te warm of te koud is. In de kelder blijft het op een gelijkmatige temperatuur. Bovendien is het schoner. Doordat er geen licht bij kan komen, groeien er geen algen in. Ook kan er geen blad of ander afval in vallen.”
Over het opslaan van oppervlaktewater is Van der Haak minder positief. „Dat wordt peperduur. Er moet enorm veel grond worden verplaatst. Gespecialiseerde bouwbedrijven moeten zoiets gaan bouwen. Bovendien krijg je bij oppervlaktewater in kelders te maken met bezinking van slib dat vervuild kan zijn. Nee, volgens mij kan het hoogheemraadschap beter een weiland vol laten lopen en de boer een goede vergoeding geven.”