Joegoslavië-Tribunaal maakt laatste aanklacht bekend
Het Joegoslavië-Tribunaal in Den Haag heeft dinsdag zijn laatste aanklacht bekendgemaakt: tegen de Macedonische ex-minister Boskoski en een van zijn medewerkers. Dit is een verdere stap richting sluiting van het tijdelijke VN-hof, dat de Veiligheidsraad in 1993 oprichtte als reactie op gruweldaden op de Balkan. Daar ging het uiteenvallen van het oude, grotere Joegoslavië gepaard met bloedige oorlogen.
In ruim tien jaar tijd heeft het tribunaal circa 150 mensen aangeklaagd. In de laatse jaren van zijn bestaan moet het internationale tribunaal zich concentreren op de belangrijke militaire en politieke leiders. Het is de bedoeling de ’kleine vissen’ over te laten aan nationale rechters op de Balkan.
De laatste aanklacht is tevens de eerste wegens oorlogsmisdaden in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. Eerder vaardigde het tribunaal tenlasteleggingen uit wegens oorlogsmisdaden in Bosnië, Kroatië, Kosovo en andere delen van Servië. De onafhankelijkheidsoorlog van Slovenië is daarmee het enige conflict waarvoor het tribunaal weliswaar bevoegd is, maar niemand heeft aangeklaagd wegens schending van het oorlogsrecht.
Boskoski was in 2001 minister van Binnenlandse Zaken en wordt verantwoordelijk gehouden voor oorlogsmisdaden van de Macedonische politie. Die trad hardhandig op tegen etnische Albanezen in het dorp Ljuboten. Er werd mishandeld en gemoord; huizen van Albanezen werden vernield.
Dinsdag werd tevens bekend dat zich opnieuw een verdachte vrijwillig wil overgeven aan het tribunaal: de voormalige Bosnisch-Servische officier Drago Nikolic, die medeverantwoordelijk wordt gehouden voor de genocide van Srebrenica in 1995. Nikolic zou betrokken zijn geweest bij de moord op moslims vrijwel onder de ogen van de Nederlandse VN-soldaten van Dutchbat, bij hun basis in Potocari.
President Theodor Meron van het tribunaal was dinsdag in Belgrado op bezoek bij premier Vojislav Kostunica van Servië. De Amerikaan Meron riep ertoe op het ’momentum’ te gebruiken dat is ontstaan door de recente golf van vrijwillige overgaves en ervoor te zorgen dat ook Ratko Mladic eindelijk voor de Haagse VN-rechters verschijnt. De voormalige Bosnisch-Servische legerleider is sinds 1995 aangeklaagd door het tribunaal, onder meer wegens ’Srebrenica’.
Het tribunaal heeft weliswaar zijn zogeheten voltooiingsstrategie: het moet ernaar streven in 2008 zijn processen in eerste aanleg en in 2010 de beroepszaken af te ronden. Maar Meron drukte Kostunica op het hart dat het tribunaal niet dichtgaat voordat Mladic, Radovan Karadzic en Ante Gotovina zijn berecht.
Karadzic was de politiek leider van de Bosnische Serviërs tijdens de oorlog (1992/95); Gotovina is de belangrijkste voortvluchtige Kroatische verdachte. De zaak-Gotovina leidt er vrijwel zeker toe dat de EU woensdag besluit donderdag nog geen toetredingsonderhandelingen te beginnen met Kroatië.
In het proces tegen de voormalige Joegoslavische president Slobodan Milosevic is dinsdag de 324e getuige opgeroepen. Het eerste proces tegen een voormalig staatshoofd voor een VN-hof trok op 12 februari 2002, de eerste procesdag, enorme belangstelling als ’proces van de eeuw’. Er werd gewezen op de precedentwerking voor het Internationaal Strafhof (ICC), het eerste permanente hof voor oorlogsmisdaden dat in de toekomst misdadige wereldleiders moet berechten. Nu het Milosevic-proces zijn vierde jaar is ingegaan, met voorlopig weinig uitzicht op afronding, zijn er minder schijnwerpers op ’Slobo’ gericht.