„Bijbellezers blijven achter Israël staan”
Hoe komt het dat joodse rabbijnen samenwerken met Christenen voor Israël? Hoe kan het dat als Israël letterlijk en in de media aangevallen wordt, deze organisatie pal achter Israël blijft staan? Rabbijn David Brodman uit Tel Aviv gaf maandagavond in Groningen zijn antwoord: „Omdat ze daar de Bijbel lezen.”
Christenen voor Israël (CvI) viert zijn 25-jarig bestaan. Onder het thema ”Om Israël niet zwijgen” zullen de komende tijd op verschillende plaatsen in het land bijeenkomsten gehouden worden. Maandagavond had in de Immanuëlkerk in Groningen de eerste jubileumviering plaats.
Ds. J. de Vreugd, voorzitter van CvI, ging vooral in op de propagandaoorlog tegen Israël. Tijdens de zogenaamde tweede intifada kwam het zelfmoordterrorisme, waar volgens hem „niet tegen te vechten valt.” Daarnaast woedt er volgens de predikant in de media een oorlog tegen Israël. „Hoe is het mogelijk”, zo vroeg hij zich af, „dat er in Nederland in de jaren zeventig een omslag kwam en de anti-Israël-houding ontstond? In de naoorlogse jaren stond bijna het hele Nederlandse volk achter Israël. Zeker in de christelijke kerken was de sympathie voor de nieuwe staat Israël algemeen. De Arabische propaganda is erin geslaagd het beeld in stand te houden als zou Israël de Palestijnen in een getto gedreven hebben.”
Rabbijn David Brodman uit Israël was gastspreker op de jubileumavond. Brodman, die nu rabbijn is van een joodse gemeente vlak bij Tel Aviv, woonde tot zijn 30e in Nederland. Hij is ook directeur van het studiecentrum Savyon, een instituut dat door CvI gesponsord wordt en waar Israëlische kinderen onderwijs in de Bijbel en de joodse religieuze traditie krijgen. Rabbijn Brodman, die in Israël veel samenwerkt met CvI, hield zijn toespraak in de vorm van het typisch joodse omgaan met de Bijbel, het zogenaamde ”lernen”. „Dan zult u merken dat het jodendom heel anders omgaat met de Bijbel dan bijvoorbeeld de christelijke traditie.”
Als uitgangspunt nam rabbijn David Brodman het gedeelte uit Genesis waarin Abraham opgedragen wordt zijn zoon Izak te offeren. Omdat de Bijbel, volgens Brodman, vooral eeuwigheidswaarde heeft, is elk woord belangrijk en heeft ieder woord betekenis. „In het Hebreeuws ligt de nadruk op het feit dat Abraham terugkomt bij de twee achterblijvende dienstknechten. Dat zijn volgens de Talmoed, de joodse mondelinge traditie, Ismaël en Eliëzer. Wij leren hieruit dat het er vooral over gaat dat Abraham de zegen voor anderen meeneemt bij zijn terugkeer. In het jodendom gaat het vooral om het handelen, minder om de geloofskennis. Als Abraham drie mannen op bezoek krijgt, praat hij niet over zijn geloof, maar blijkt zijn geloof uit zijn gastvrijheid. De Bijbel geeft geen informatie over Mozes’ inzichten, maar tekent hem als een man die in de bres springt voor verdrukten.”
Rabbijn Brodman paste dit toe op CvI. „De intense liefde voor Israël uit zij in fysieke ondersteuning. Zo kunnen wij als joden en christenen, ondanks de verschillende inzichten, toch samenwerken.” Aan het eind van zijn toespraak verwees Brodman naar het bijbelhoofdstuk waaraan het thema ontleend was, Jesaja 62. „Dit hoofdstuk vermeldt duidelijk dat als er in Sion geen rust of vrede is, er in de gehele wereld geen vrede zijn zal. Islamitische geestelijke leiders hebben geheel het land Israël als ”heilig” en behorend tot de islam verklaard. Wanneer dit eenmaal is gebeurd, verbiedt de koran dit terug te draaien. Daarom zullen Arabische leiders nooit genoegen nemen met een vreedzaam naast elkaar leven van de twee staten: Israël en Palestina. Wij weten niet wat er staat te gebeuren. Ook onze politici weten het niet. Wel weten we dat het in Gods draaiboek al lang geschreven staat”, aldus Brodman.