Draghi: met Trump herstel concurrentiekracht nog urgenter
Nu Donald Trump de Amerikaanse verkiezingen heeft gewonnen, is het nog urgenter om de concurrentiekracht van Europa te herstellen. Dat zei Mario Draghi, voormalige president van de Europese Centrale Bank, voor de start van de top van EU-regeringsleiders over zijn rapport daarover. Hij riep op tot eensgezindheid om de broodnodige veranderingen te kunnen bewerkstelligen. „Als we ieder alleen het pad bewandelen, zijn we te klein”, zei Draghi.
„Er is geen twijfel dat de verkiezing van Trump een groot verschil maakt in de banden tussen de VS en Europa”, zei Draghi. Dat hoeft niet per se negatief te zijn, maar Europa moet zich daar volgens de Italiaan wel bewust van zijn. „Europa moet beslissingen niet langer voor zich uitschuiven.”
In ieder geval wat betreft de technologiesector, waarin Europa „al erg achterloopt, moeten we in actie komen”. Trump wil ook de „traditionele industrie beschermen”, zei Draghi. In die sector exporteert Europa heel veel naar de VS. „Daarover moeten we dus onderhandelen met onze Amerikaanse bondgenoot.”
In de afgelopen jaren zijn er veel belangrijke keuzes uitgesteld, omdat er nooit consensus werd gevonden, zei Draghi. Dat heeft geleid tot een zwakke interne markt en lage productiviteit, schreef hij in zijn sombere rapport.
De EU-leiders zijn ook nu niet eensgezind. De analyse van Draghi wordt gedeeld, maar over de oplossingen lopen de meningen ver uiteen. Draghi vindt dat er jaarlijks 800 miljard euro moet worden geïnvesteerd om de concurrentiekracht van de EU te vergroten. Het gaat om zowel publiek als privaat geld. Vooral over dat publieke geld zijn de lidstaten het oneens. Nederland ziet onder meer niets in de uitgifte van eurobonds, oftewel gemeenschappelijke obligaties, of meer gezamenlijke schulden.