Volgens de imams ligt het daarom niet voor de hand dat de dienst de hoofdrol speelt in het voorkomen van terreurdaden. „Je kunt niet iets bestrijden dat je niet begrijpt. Een hartchirurg gaat voor informatie over medische zaken ook niet te rade bij een willekeurige voorbijganger.”

Slechts door overreding zullen extremisten zich laten weerhouden van terreurdaden, stellen de imams. „Die taak is vooral weggelegd voor geleerde imams met een groot, geestelijk gezag. Zij moeten de dialoog aangaan.”

Het aanscherpen van het strafrecht is volgens de imams geen oplossing, het massaal arresteren van verdachten van terrorisme evenmin. Mahmoud: „De geschiedenis laat dat duidelijk zien. Kijk naar Egypte en Algerije. Toen de regering van Egypte na 1930 harde maatregelen tegen extremisten nam, is het aantal terreurdaden daar alleen maar toegenomen. Ook in Algerije verloren na 1990 honderdduizenden mensen onnodig het leven toen de regering daar ingreep met harde hand.”

De imams beklemtonen onderscheid te willen maken tussen het voorkomen en het bestraffen van terrorisme. „Een extremist die terreurdaden pleegt, moet met harde hand worden bestraft.”

De imams zeggen er in de al-Furqaan-moskee alles aan te doen om de radicalisering van moslimjongeren tegen te gaan. „Toen het conflict tussen Israël en de Palestijnen weer oplaaide, heeft een moslimjongere in Engeland een joodse vrouw gemolesteerd. Wij hebben daar onze afkeuring over uitgesproken. Radicale moslims sturen ons dreigbrieven vanwege de gematigde toon van onze preken. Zij zien ons als handlangers van de AIVD.”

Twee jaar geleden dagvaardde het openbaar ministerie twaalf moslims die verdacht werden van het rekruteren van moslimjongeren voor de jihad. Een van de verdachten was Khaled M., nog steeds een regelmatige bezoeker van de al-Furqaan-moskee. Mahmoud: „Hij is volledig vrijgesproken en heeft van de staat zelfs een schadevergoeding gehad. Toch blijft minister Verdonk ons verwijten dat hier jongeren worden geronseld. Daarvoor ontbreekt elk bewijs.”

Het moskeebestuur zegt ervan overtuigd te zijn dat Verdonk door de uitzettingsprocedure probeert helder te krijgen of het uitdragen van het salafisme kan worden verboden. „De redenering is dat het aanhoren van een salafistische preek kan aanzetten tot geweld. Maar niet iedereen die hier de moskee bezoekt, ontwikkelt zich tot terrorist.”

Een woordvoerster van de AIVD benadrukt in een reactie dat het niet aan de dienst is om vermeende terroristen te arresteren en te dagvaarden. „Daar hebben we het openbaar ministerie voor. Wij beperken ons tot signaleren en rapporteren.”

Als bij moslims het beeld bestaat dat de AIVD zich uitsluitend toelegt op afluisteren en infiltreren, is dat onterecht, aldus de woordvoerster. „Zie onze recente nota ”Van dawa tot jihad”. Daarin staan wij een veel bredere aanpak voor. Minister Remkes heeft alle overheden uitdrukkelijk geadviseerd met onze aanbevelingen aan de slag te gaan. Overigens is het niet aan ons om imams te bewegen de dialoog aan te gaan. Dat ligt meer op het terrein van de overheid.”