Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) stuurt vroeg of laat waarschijnlijk opnieuw een team naar Rusland voor een reguliere onderzoeksmissie om de Russische economie door te lichten. Maar wanneer precies, valt nog niet te zeggen.
Het IMF besloot vorige maand een geplande missie naar Moskou voor onbepaalde tijd uit te stellen. Het zou de eerste grondige evaluatie van de Russische economie zijn sinds de invasie in Oekraïne. De beslissing werd genomen na zware kritiek van verschillende Europese landen.
Volgens de Nederlandse bewindvoerder van het fonds, Paul Hilbers, hoort zo’n onderzoek bij het lidmaatschap van het IMF. Ieder IMF-lid krijgt om de zoveel tijd te maken met zo’n studie. Maar het gebeurt wel vaker dat een land enige tijd geen IMF-onderzoekers over de vloer krijgt, nuanceert de Nederlander. Dan worden de economische ramingen op afstand gedaan.
Litouwen, Letland, Estland, Finland, Zweden, IJsland, Denemarken, Noorwegen en Polen stelden dat de plannen om weer terug te keren naar Rusland de reputatie van het IMF als VN-organisatie voor financiële stabiliteit zouden schaden. Ze wilden niet dat het fonds de banden zou aanhalen met een land dat een ander land is binnengevallen.
Volgens Hilbers had het besluit om niet naar Rusland te gaan in de eerste plaats te maken met dataproblemen. „We kunnen daar gewoon geen goede informatie krijgen op dit moment. Het IMF wil zeker weten dat de data op orde zijn om een goede analyse en een verantwoord advies te kunnen opstellen.”
Maar de IMF-bestuurder moet bekennen dat ook de politieke dimensie „een rol heeft gespeeld in de beslissing”. „Het ligt gevoelig natuurlijk. Ik vertegenwoordig binnen het bestuur van het IMF ook Oekraïne, en het zal je niet verbazen dat Oekraïne niet heel erg stond te springen om een economische analyse van en advisering aan Rusland.”
Na de inval in Oekraïne hebben bepaalde landen geopperd Rusland uit het IMF te zetten. Daar gingen grote landen als China en India echter voor liggen. Hilbers snapt de sentimenten, maar denkt dat het uiteindelijk toch goed is dat iedereen bij het IMF om tafel blijft zitten. Anders slaat het IMF volgens hem een heel moeilijke weg in. „Want er zijn natuurlijk meer landen in de wereld waar andere landen een mening over hebben.”