Onderzoek naar de dodelijke brand in Ede van afgelopen woensdag- op donderdagnacht heeft uitgewezen dat er geen sprake was van een misdrijf. Het slachtoffer was de bewoner van het huis aan de Ernst Casimirlaan, volgens de veiligheidsregio een man van middelbare leeftijd. Omdat er geen sprake is van een misdrijf „is het onderzoek dus afgesloten en we laten het hier verder bij”, aldus de politie.
Na de korte maar felle brand waarbij ook een explosie was, werden 24 woningen ontruimd. Een groot deel is inmiddels weer vrijgegeven, maar drie woningen werden onbewoonbaar. Zo werd de gevel van de woning waar de explosie was naar buiten geblazen. De politie had donderdag geen aanwijzingen dat er explosieven bij of in het gebouw lagen. Hoe de brand en explosie wel zijn ontstaan, was vrijdag nog steeds onduidelijk.
Ook de veiligheidsregio zegt via een woordvoerder niet te weten of er eerst brand was of eerst een explosie, „waarmee de exacte oorzaak ook lastig vast is te stellen”. Wel is duidelijk geworden dat er „geen dreiging van buitenaf” is of was.
De bewoners van zes huizen kunnen voorlopig nog niet terug, laat een woordvoerder van de gemeente Ede weten. Zij zegt dat herstel van de drie zwaarst getroffen huizen, die waar de explosie was en die eronder en erboven, wel acht tot twaalf maanden kan duren. Reparaties van de andere drie aangrenzende huizen zullen „een aantal weken duren”. Het is aan de eigenaar van de woningen, woningcorporatie Woonstede, en de verzekeraars van de bewoners „om hen verder te helpen aan onderdak”, aldus de gemeentewoordvoerder.