Bouwstakingen in 1995 veel omvangrijker dan nu
De huidige schermutselingen rond de bouw-CAO staan nog niet in verhouding tot de vorige bouwstaking. Ruim een week nadat de vakbeweging heeft opgeroepen het werk voor onbepaalde tijd neer te leggen, zijn zo’n 12.500 bouwvakkers in staking. Zeven jaar geleden werd dit aantal al in twee dagen bereikt, waarna het totaal opliep naar 36.000.
Dat blijkt uit een vergelijking tussen het verloop van de twee stakingen. De werkgeversvereniging Algemeen Verbond Bouwbedrijf (AVBB) meldde woensdag dat het de bonden nogal moeite kost nieuwe stakers te werven. Het AVBB meent bovendien dat het aantal werkelijke stakers lager ligt dan de bonden beweren.
De bonden FNV Bouw, Hout- en Bouwbond CNV en Het Zwarte Corps (HZC) stellen echter dat de acties niet goed zijn te vergelijken met de massale staking van zeven jaar geleden. „Onze strategie is anders. Nu is de staking voorafgegaan door prikacties. Sommige mensen zeggen daarom dat ze al aan de acties hebben meegedaan”, aldus een woordvoerder van de gezamenlijke vakbonden.
Het conflict in de bouw draait om de reiskosten. Werkgevers willen de regeling voor woon-werkverkeer versoberen, vakbonden verzetten zich daartegen. Over andere CAO-onderwerpen hebben de partijen nog niet gesproken.
Zeven jaar geleden liep het overleg vast op de financiering van de VUT-regeling en de loonstijging. De bonden begonnen na twee weken met werkonderbrekingen. Nieuw overleg hielp niet, waarna de bonden een ultimatum stelden.
De bonden riepen in 1995 wel direct op tot een massale staking toen werkgevers niet reageerden op het ultimatum. Op de eerste dag telden de bonden 7000 stakers. Op de tweede dag was dat aantal bijna verdubbeld. Op het hoogtepunt van de acties telden de bouwbonden 36.000 deelnemers, ofwel een op de vier werknemers in de sector. Daarmee groeide de actie uit tot het grootste bouwconflict van na de Tweede Wereldoorlog. Bouwbonden en werkgevers weigerden bemiddeling, week na week.
Net als nu klaagde de Vereniging Eigen Huis over de stakingen. De vereniging stelt dat vooral kopers van nieuwbouwhuizen de dupe worden van de acties. Zij dreigde zeven jaar geleden met een kort geding en kreeg daarop de toezegging dat circa 1000 huizen zouden worden afgebouwd. Deze keer overweegt de belangenorganisatie geen juridische stappen.
Ook een verschil is dat de politiek zich destijds over de staking uitsprak. Toenmalig minister Melkert (Sociale Zaken) zei na drie weken dat de staking lang genoeg had geduurd. Hij riep partijen ertoe op tot elkaar te komen. Echt effect had dat niet.
Het overleg kwam pas weer op gang nadat de werkgevers hun onderhandelaar vervingen. De nieuwe partijen bereikten een akkoord op hoofdlijnen over de nieuwe CAO, precies een maand na het begin van de landelijke massale staking. De 36.000 stakende werknemers gingen drie dagen later weer aan de slag. Werkgevers schatten de schade op 140 miljoen euro. De vakbond FNV Bouw boekte 7500 nieuwe leden (bijna 5 procent).