Amnesty wil duidelijkere regels politiecamera’s bij protesten
Bij demonstraties moet een verbod komen op gezichtsherkenningstechnologie om mensen te identificeren en duidelijkere regels voor politiecamera’s. Die oproep doet Amnesty International omdat de surveillancemethoden van de politie vaak niet in overeenstemming zijn met mensenrechten. Dit concludeert de hulporganisatie op basis van onder meer observaties van demonstraties tussen 2022 en 2024 en interviews met politie en demonstranten. De politie heeft Amnesty laten weten „graag in gesprek” te gaan.
Middelen als drones, surveillancewagens en bodycams komen eraan te pas om demonstranten in de gaten te houden. Het is voorafgaand aan een actie niet duidelijk welke middelen er worden ingezet en wat er met de beelden van demonstranten gebeurt. Volgens Amnesty schendt die inzet van digitale middelen het recht op privacy, kan het mensen afschrikken de straat op te gaan en brengt het een risico van discriminatie met zich mee.
Directeur van Amnesty in Nederland Dagmar Oudshoorn meldt dat de hulporganisatie zich al langer zorgen maakt over de „controlecultuur en het risicodenken van de overheid” bij protesten. „De regels over wat de politie wel en niet mag in Nederland zijn niet duidelijk genoeg. Hier kan misbruik van worden gemaakt en er ontstaat een risico op willekeur.”
In de gesprekken die Amnesty voerde met actievoerders kwam naar voren dat ze bang zijn dat hun identiteit vastgelegd wordt in een databank en dat daar negatieve gevolgen aan kunnen kleven. „Het kan niet zo zijn dat er beelden worden opgeslagen in politiedatabanken en dan onduidelijk is wat er mee wordt gedaan. Daar kan misbruik van worden gemaakt en dat kan echt verregaande gevolgen hebben voor de persoonlijke levenssfeer van mensen”, aldus Oudshoorn.
De politie geeft in een reactie aan bij demonstraties in de eerste plaats aanwezig te zijn om demonstranten op een veilige manier hun recht te laten uitoefenen. „We letten dan op ieders veiligheid: van de demonstranten zelf, maar ook van omstanders, verkeersdeelnemers of eventuele tegendemonstranten. Bij het overgrote deel van demonstraties worden door de politie helemaal geen camera’s ingezet. Op basis van onder meer de omvang en complexiteit van een demonstratie en het risico op ongeregeldheden, vindt een afgewogen inschatting plaats.”
Het gebruik van realtime gezichtsherkenning is daar geen onderdeel van, aldus een woordvoerder van de korpsleiding. „Alleen als er strafbare feiten zijn gepleegd, kan achteraf worden gekeken of een verdachte al een bekende is van de politie. Hiervoor mogen wij gebruikmaken van foto’s van veroordeelden en aangehouden verdachten van een strafbaar feit waarvoor minimaal vier jaar celstraf staat.”