Kocken bevestigde in een vergadering van Provinciale Staten dat er een streep gaat door het project, zoals De Telegraaf onlangs meldde. De krant schreef dat het Rijk te veel risico’s ziet voor de natuur, de waterkwaliteit, de impact op boeren en vissers en de ligging bij een schietgebied van Defensie.

Volgens Kocken was de onderbouwing enigszins anders. „Wij wachten op schriftelijke bevestiging en een bestuurlijk besluit van het ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG).” Zij vindt het daarom nog te vroeg om het project nu al te schrappen uit de ruimtelijke voorstellen van de provincie.

De gemeenten Medemblik en Hollands Kroon droegen het project met de naam Wieringerhoek vier jaar geleden aan en vroegen de provincie het in Den Haag te laten verkennen. Hollands Kroon haakte later af, maar Kocken wilde de verkenning afronden „om in beeld te krijgen wat de plussen en minnen zijn”, zei ze in juli. Toen bleek al dat Rijkswaterstaat en de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat, en van Natuur twijfels hadden, maar het toenmalige ministerie van Economische Zaken en Klimaat was net als de provincie en Medemblik voorstander van vervolgonderzoek.

Noord-Holland moet de komende zes jaar ongeveer 2,9 terawattuur aan zonne- of windenergie realiseren. Het zon-op-waterproject in het IJsselmeer zou volgens de gedeputeerde ruim 1 terawattuur kunnen opleveren. Wijzend op het groeiende verzet tegen windmolens op land zou het „een heleboel windmolens” schelen, aldus Kocken.