Taiwan houdt herinnering aan VOC-tijdperk levend
Taiwan heeft een roerige geschiedenis. Zes mogendheden zwaaiden de afgelopen eeuwen de scepter over het eiland, waaronder Nederland. De Verenigde Oost-Indische Compagnie koloniseerde Taiwan 400 jaar geleden, toen het nog Formosa heette.
Onder de noemer ”Tainan 400” viert de zuidwestelijke Taiwanese kustplaats Tainan het hele jaar het 400-jarige bestaan. De geschiedenis van de stad begint in 1624 met een zandbank die door Nederlanders wordt ontgonnen. Hoewel geen hoofdstad meer is Tainan anno 2024 met zijn bijna 2 miljoen inwoners nog steeds een respectabele plaats. Een van de blikvangers is het door de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) gebouwde Fort Zeelandia, ook wel bekend als Anping Old Fort.
Begin 17e eeuw doet Nederland verwoede pogingen om met China te handelen. China zelf en Portugal –dat het voor het zeggen heeft op Macau– steken daar echter een stokje voor. Uiteindelijk wijkt de VOC uit naar Taiwan, toen nog Formosa geheten. In het zuidwestelijke Tayouan, het hedendaagse Tainan, bouwen ze een nederzetting en drijven van daaruit handel met China, Japan en andere delen van Zuidoost-Azië.
Nederland is vooral actief in het zuiden en westen van Taiwan en heeft nooit volledige zeggenschap over het eiland. Zo heerst Spanje tussen 1626 en 1642 over Noord-Formosa en in het oosten maken inheemse gemeenschappen de dienst uit.
Xi Jinping
Fort Zeelandia, het strategisch gelegen centrum van alle VOC-handelsactiviteiten, bestaat 400 jaar later nog steeds. Dat wil zeggen: gedeeltelijk, want door de eeuwen heen zijn delen van het gebouw afgebroken of er juist aan toegevoegd. Op een buiige vrijdag verken ik met gids David Chan het voormalige machtsbolwerk van de VOC. De uit Hongkong afkomstige zestiger leidt me rond en strooit kwistig met allerlei wetenswaardigheden over de VOC, het fort en Formosa.
Het meest in het oog springt de uitkijktoren. Bij helder weer biedt deze plek prachtige vergezichten over Tainan, maar vandaag vertroebelen grijze wolken met regen het zicht.
Het valt op dat de toren een andere bouwstijl heeft dan de rest van het met rode stenen gebouwde fort en dat is niet voor niets. „Japan heeft deze toren gebouwd”, vertelt Chan. Hij zegt dat (delen van) Taiwan door niet minder dan zes mogendheden is bestuurd: Nederland (1624-1662), Spanje (1626-1642), Koxinga (1662-1684), de Qing-dynastie, Japan (1895-1945) en de Republiek China (1945-heden).
De Republiek China moet overigens niet verward worden met de Volksrepubliek China. De huidige machthebbers van het eiland doen er alles aan om te voorkomen dat de grote buurman –Xi Jinping en consorten– de volgende mogendheid wordt die de scepter over Taiwan gaat zwaaien.
Koxinga
Het is de Chinese krijgsheer Koxinga, ook wel Zheng Chenggong genoemd, die de Nederlanders er na 38 jaar uitgooit. Zijn standbeeld bevindt zich op een steenworp afstand van het fort. Om hem heen verdringen groepen toeristen zich, voor de regen schuilend onder een paraplu. Fier kijkt Koxinga uit over een deel van Tainan, alsof hij zijn stad nog steeds beschermt. Of hij er werkelijk zo uitzag, blijft een mysterie, vertelt Chan. „Er zijn veel verschillende soorten foto’s van hem in omloop, dus eigenlijk weten we niet hoe hij eruitzag.”
„Er zijn veel verschillende soorten foto’s van Koxinga in omloop, dus eigenlijk weten we niet hoe hij eruitzag” - David Chan, Hongkongse gids
In april 1661 valt Koxinga de VOC aan. In het fort vertellen foto’s en tekeningen met bijschriften het verhaal van 400 jaar Fort Zeelandia, waarbij het tijdperk 1624-1662 wordt aangeduid als ”VOC Period”. In een gevecht op zee delven de Nederlanders het onderspit. Op de grond houdt de VOC het langer vol, maar in februari 1662 valt Fort Zeelandia. De kanonnen op en om het fort, waarvan de replica’s nog steeds te zien zijn, konden dit niet voorkomen.
Schuld belijden
De heerschappij van Koxinga duurt slechts 22 jaar. Niettemin is hij dusdanig van betekenis geweest dat hij nog steeds gewaardeerd wordt in Taiwan. Dat hij er nog lang niet is vergeten, bleek afgelopen maart. Een groep van vijftig Taiwanese christenen, onder wie negentien voorgangers, bezocht Nederland. Tijdens een kerkdienst in de Rotterdamse Laurenskerk vroegen ze vergeving voor de onthoofding van VOC-predikant Antonius Hambrouck in 1661.
De kerk was niet toevallig gekozen, want vanuit ‘de Laurens’ werd Hambrouck uitgezonden naar Formosa Groepsleider ds. Lily Pan Liu noemde de delegatie „een deel van de oogst van ds. Hambrouck”. Dat ze naar Nederland waren afgereisd om vergeving te vragen, was een gevolg van haar ontdekking tien jaar geleden dat ze een directe afstammeling is van Koxinga. „Vanaf die tijd heeft God het als een last op mijn hart gelegd om naar Nederland te gaan en om schuld te belijden over de moord op ds. Hambrouck.”