Friese oppositiepartijen bezorgd over werkomgeving provinciehuis
Meerdere oppositiepartijen in de Friese Provinciale Staten maken zich zorgen over de werkomgeving in het provinciehuis. Uit een recent intern onderzoek is naar voren gekomen dat veel medewerkers de werksfeer als minder prettig ervaren sinds een reorganisatie. Ook maken de partijen zich zorgen over een gebrek aan slagvaardigheid van de provincie.
Na een Woo-verzoek van de Leeuwarder Courant is het rapport openbaar gemaakt. Daarin staat dat de reorganisatie niet heeft geholpen en dat de samenwerking niet is verbeterd. De krant sprak recent ook met (oud-)medewerkers over een verdrievoudiging van het aantal meldingen van ongewenst gedrag. Ook zouden veel mensen ontslag nemen om de slechte werksfeer.
„Veiligheid op het provinciehuis moet een grote prioriteit zijn voor het college”, zei PvdA-Statenlid Jaap Stalenburg. „Het bagatelliseren van problemen die medewerkers ervaren, doet geen recht aan hun zorgen.” Stalenburg zei ook dat veel bedrijven, burgers en gemeenten die met de provincie werken, onder meer voor vergunningen, die samenwerking steeds moeizamer en complexer vinden.
Een ander probleem is dat de provincie ruim 120 miljoen euro niet heeft kunnen uitgeven afgelopen boekjaar. Fractievoorzitter van GroenLinks Charda Kuipers zegt dat ambtenaren problemen hebben met het uitwerken van de inhoud van de plannen. „We zien dat de ambtenaren hard werken, maar inhoudelijk gaat het niet goed. Daarom wordt er te weinig geld uitgegeven. We krijgen veel signalen binnen over een stroeve samenwerking binnen het provinciehuis. Wat gaat het college doen om dit te veranderen?”
Gedeputeerde Eke Folkerts (BBB) zei dat de problemen zijn gezien, maar dat het nu steeds beter gaat. „We zien de eerste positieve resultaten al, maar het geeft ook onrust.” Volgens Folkerts waren de veranderingen in de werkwijze echter noodzakelijk, om de slagvaardigheid van de provincie te verbeteren.