„Kans op ramp met tankwagen niet groot"
De kans op een ramp met een tankwagen in Nederland is niet zo heel groot. De tankwagens zijn zo geconstrueerd dat zij de klap van een ongeluk kunnen opvangen, zonder (een deel van) de lading te verliezen. Dat zegt maandag een woordvoerder van het Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding (NIBRA), naar aanleiding van een incident zondag in Amsterdam, waarbij een tankauto een steen door de voorruit kreeg.
Alle tankwagens moeten voldoen aan de Europese richtlijnen, de zogeheten ADR–regels. Zo is een tankwagen die gevaarlijke stoffen vervoert altijd gecompartimenteerd, dat wil zeggen in delen opgedeeld. Bij lekkage stroomt dan niet de hele lading de vrachtwagen uit. Een gemiddelde tankwagen met 40.000 liter inhoud heeft zes tot zeven verschillende compartimenten en kan zelfs verschillende stoffen in de compartimenten vervoeren. In Nederland mag een tankwagen maximaal 50 ton zwaar zijn, inclusief de lading en het eigen gewicht.
Wel is bij lekkage de kans groot op een brand. „Een hevige, maar korte brand", aldus de woordvoerder van Nibra, „omdat er maar een deel van de lading vrijkomt".
Zondag gooiden vandalen vanaf een viaduct in Amsterdam–West een steen door de voorruit van een tankauto met 40.000 liter benzine. De chauffeur bleef ongedeerd en wist zijn voertuig veilig aan de kant te zetten. Een woordvoerder van de politie zei „dat we aan een ramp ontsnapt zijn".