Chipbedrijf Intel bij stijgers op afwachtend Wall Street
Intel behoorde maandag tot de stijgers op de aandelenbeurzen in New York. De chipproducent is officieel in aanmerking gekomen voor 3,5 miljard dollar aan overheidssubsidies om halfgeleiders te maken voor het Amerikaanse ministerie van Defensie. Het aandeel Intel steeg 1 procent.
De algehele stemming op Wall Street was terughoudend, na de stevige opmars vorige week. Beleggers wachten vooral op het rentebesluit van de Amerikaanse Federal Reserve, dat woensdag bekend wordt. De Dow-Jonesindex noteerde kort na opening van de markt 0,5 procent hoger op 41.616 punten. De brede S&P 500-index zakte 0,1 procent tot 5621 punten en techgraadmeter Nasdaq daalde 0,7 procent tot 17.563 punten.
De S&P 500 en de Nasdaq wonnen vorige week respectievelijk 4 procent en bijna 6 procent en boekten daarmee de grootste weekwinsten sinds november vorig jaar. Het vooruitzicht dat de Fed woensdag de rente voor het eerst sinds 2020 gaat verlagen zorgde voor optimisme bij beleggers. Op de financiële markten werd aanvankelijk gerekend op een renteverlaging van een kwart procentpunt, maar sinds afgelopen vrijdag is de hoop op een verlaging van een half procentpunt toegenomen na berichten dat de beleidsmakers een grotere rentestap overwegen.
Met een verlaging van de leenkosten wil de Fed de economie ondersteunen. Bij de vorige rentevergadering in juli liet de centrale bank de rente nog ongewijzigd. De inflatie was toen volgens de beleidsmakers nog niet genoeg afgekoeld richting het doel van 2 procent. De Fed zei wel dat vooruitgang was geboekt in de strijd tegen de inflatie.
Snelgroeiende techbedrijven, die gevoelig zijn voor rentewijzigingen, zoals de chipbedrijven Nvidia en Arm Holdings verloren 2,4 en 3,1 procent. Afgelopen week lieten de chipbedrijven nog stevige koerswinsten zien.
Trump Media & Technology daalde 1,2 procent, na de mogelijke nieuwe moordaanslag op de Republikeinse presidentskandidaat Donald Trump. Op zijn golfbaan in Florida werd zondag een 58-jarige man aangetroffen met een geweer. De oud-president bleef ongedeerd en de verdachte is gearresteerd.
De euro was 1,1136 dollar waard, tegen 1,1083 dollar op vrijdag. Een vat Amerikaanse olie kostte 2,2 procent meer op 70,18 dollar. Brentolie werd 1,8 procent duurder op 72,91 dollar per vat.