Chipmachinebedrijf ASML trekt Amsterdamse beurs omlaag
De aandelenbeurs in Amsterdam is woensdag met een aanzienlijk verlies gesloten. Vooral chipbedrijven verloren aan waarde, waarbij chipmachinemaker ASML het hardst daalde. Dit volgde op zorgen bij beleggers dat toepassingen van kunstmatige intelligentie de techsector minder hard laten groeien dan eerder gedacht.
ASML eindigde ruim 6 procent lager. Analisten van UBS verlaagden hun advies voor aandelen van het Veldhovense bedrijf. Ze vrezen dat het aantal bestellingen voor chipmachines na 2025 minder hard zal stijgen, omdat bestaande apparatuur van ASML ook voor de nieuwste soort chips kan worden gebruikt. Daarnaast schreef het Eindhovens Dagblad dat toeleveranciers van ASML voorlopig minder werk hebben, omdat de chipmachinefabrikant last heeft van trager dan verwacht herstel in de vraag.
Ook andere bedrijven uit de chipindustrie met een notering in Amsterdam, ASMI (min 5,7 procent) en Besi (min 1,5 procent), eindigden lager. Dat had meteen een weerslag op de gehele AEX, die 1,3 procent lager sloot op 896,98 punten. De MidKap zakte 0,6 procent tot 886,08 punten. Ook elders in Europa was de stemming negatief. De beurzen in Londen, Parijs en Frankfurt verloren tot ongeveer 1 procent.
De verliezen voor chipbedrijven op het Damrak volgen na de koersval van Nvidia dinsdag in New York. Optimisme over deze belangrijke ontwikkelaar van chips voor AI-toepassingen was eerder juist een grote aanjager van koerswinsten in de techsector. Woensdagmiddag wist het aandeel Nvidia niet te herstellen, na mediaberichten dat het Amerikaanse ministerie van Justitie het bedrijf dagvaardt.
Beleggers hadden ook aandacht voor nieuwe cijfers over het aantal vacatures in de Verenigde Staten. Die wezen op een afzwakkende arbeidsmarkt. Dit kan de Federal Reserve ertoe aanzetten de rente steviger te verlagen.
Bij de kleinere beursfondsen won ForFarmers 3,5 procent. Het veevoerbedrijf en team agrar, onderdeel van DLG Group, gaan hun voeractiviteiten in Duitsland samenvoegen.
De euro was 1,1079 dollar waard, tegen 1,1038 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie werd 0,7 procent goedkoper op 69,86 dollar. Brentolie daalde 0,6 procent in prijs tot 73,33 dollar per vat.