Kabinet wil sneller besluit over berging radioactief afval
Het kabinet wil nieuwe kerncentrales bouwen en daarom is het ook nodig om sneller dan gepland een besluit te nemen over de plek waar radioactief afval langdurig moet worden opgeslagen. Dat besluit zou eigenlijk pas over 75 jaar worden genomen, maar verantwoordelijk staatssecretaris Chris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat) vindt dat te lang duren, schrijft hij aan de Tweede Kamer.
„Als je serieus werk wil maken van kernenergie, dan moet je ook serieus met radioactief afval aan de slag”, aldus Jansen die reageert op een in juni verschenen rapport hierover van het Rathenau Instituut. Dat concludeerde toen een „gebrek aan urgentie en richting bij de besluitvorming over de berging van radioactief afval” waardoor er onvoldoende kennis zou ontstaan over het onderwerp.
Het vorige kabinet besloot dat Nederland twee nieuwe kerncentrales moet krijgen. Het huidige kabinet zet die plannen door, maar wil nog twee extra centrales bouwen. In december 2022 is de gemeente Borsele door het toenmalige kabinet aangewezen als voorkeurslocatie voor twee nieuwe kerncentrales. Het zal nog vele jaren duren voordat er nieuwe kerncentrales zijn.
Radioactief afval van onder meer ziekenhuizen en de kerncentrale in Borsele wordt momenteel tijdelijk bovengronds opgeslagen bij de Centrale Organisatie voor Radioactief Afval (COVRA) in Zeeland. Het gaat volgens het kabinet om „relatief kleine hoeveelheden”. De verwachting is dat het afval in de toekomst diep in de grond wordt opgeslagen.
„Er moet nog veel gebeuren voordat een eindberging voor radioactief afval is gerealiseerd. Het zal een project worden dat meerdere generaties zal beslaan. Des te belangrijker dat we daar nu mee starten”, aldus de staatssecretaris.