„Juist sterke democratie geeft religie de ruimte”
Het is mode om religie als achterlijk af te doen. Maar de rooms-katholieke theoloog dr. Erik Borgman beweert „uit de grond van zijn hart” dat religie „bij uitstek in de publieke sfeer thuishoort.” Zijn collega dr. Marcel Poorthuis doet er nog een schepje bovenop: „Juist een sterke democratie geeft verschillende religies de ruimte.”
Borgman en Poorthuis openden vrijdagmiddag in het Amsterdamse debatcentrum De Balie de aanval op de seculiere meerderheid in Nederland die niets meer van religie moet hebben. De bijeenkomst, getiteld ”Ongelooflijk achterlijk” en georganiseerd door de Radboud Universiteit Nijmegen, beoogde „de demonisering van religie” aan de kaak te stellen.
Wat die demonisering inhoudt, werd duidelijk gemaakt met citaten uit krantenartikelen van libertijnse opiniemakers als Herman Philipse, Elsbeth Etty en Paul Cliteur. Ook uitspraken van Bart Jan Spruyt, directeur van de conservatieve Edmund Burkestichting, werden geciteerd om aan te tonen dat vooral de islam het in het publieke debat moet ontgelden.
Borgman, theoloog aan de Nijmeegse universiteit, bespeurde in al die citaten vooral angst. „Religie wordt als een bedreiging gezien en niet als een poging om gerechtigheid in de samenleving te realiseren.” Hij vroeg nadrukkelijk aandacht voor de positieve kant van religie. „Religie houdt het besef levend dat mensen met elkaar verbonden zijn, of we dat nu leuk vinden of niet.”
Dat besef is juist in de moderne, westerse samenleving met zijn vele culturele minderheden nodig, aldus Borgman. „Beslissend is dat wij samen in dezelfde ruimte leven. Monotheïstische godsdiensten zoals het christendom en de islam drukken die betrokkenheid uit door te zeggen dat alle mensen geschapen zijn door God, kinderen zijn van God, en in die zin familie van elkaar zijn.”
Als moslims vanuit hun religieuze overtuiging kritiek hebben op de scheiding tussen kerk en staat, dan moeten zij daarin volgens hem serieus genomen worden. „Dat is geen verachtelijke poging om de verworvenheden van de Verlichting teniet te doen, maar ik beschouw dat als hun bijdrage aan wat onze samenleving zou moeten zijn.”
Een strikte scheiding tussen kerk en staat is gevaarlijk, aldus Borgman. „Fundamentele discussies kunnen worden afgesneden van de publieke sfeer en religies kunnen zich ontslagen voelen van de noodzaak om zich publiekelijk te verantwoorden.”
Het is „verbijsterend” dat aanvallen op religie „in naam van de Verlichting” plaatshebben, meent de rooms-katholieke theoloog. „Het verlies van het gevoel voor het religieuze in de Verlichting heeft de tolerantie doen omslaan in verachting voor religie. Alsof religieuze mensen een soort fanatieke Ajax-supporters zijn. Je moet ze hun volstrekt irrationele hobby gunnen, maar de onvermijdelijke overlast voor weldenkende mensen zo veel mogelijk beperken. Hiertegenin beweer ik vanuit de grond van mijn hart dat religie bij uitstek in de publieke sfeer thuishoort en voor zichzelf een plaats moet opeisen in de publieke discussie. Politici en bestuurders moeten zelfs op een nieuwe publieke presentatie van religie aandringen.”
Ook voor de religieuzen heeft Borgman een boodschap: „Ze moeten zich niet te snel gekwetst voelen en niet te snel roepen dat over bepaalde heilige zaken niet gediscussieerd mag worden. Als er iets gelasterd wordt, is dat het beeld wat gelovigen en ongelovigen van God hebben. Ten diepste is dat geen probleem, want gelovigen geloven niet in godsbeelden, maar in God Die alle beelden overstijgt.”
Dr. Poorthuis, verbonden aan de Katholieke Theologische Universiteit in Utrecht, vroeg aandacht voor de rituelen die onlosmakelijk met religies verbonden zijn. Hij hekelde de seculiere opvatting dat rituelen pas bestaansrecht hebben „als ze rationeel te verantwoorden zijn.” Zo’n redenering staat volgens hem haaks op het wezen van rituelen. „Rituelen hebben in zichzelf geen enkele betekenis; daarom zijn ze juist waardevol. Als katholiek steek ik geen kaars voor Maria op omdat het donker is. En ik vast niet om het geld naar de derde wereld te brengen. Waarschijnlijk kwam bij katholieken juist de klad in het vasten toen ze dat gingen denken.”
Ook Poorthuis kritiseerde het beroep van seculiere denkers op de Verlichting. „Ze gebruiken de Verlichting als een tribunaal dat moet beoordelen of religies nog acceptabel zijn. Echter, juist een sterke democratie biedt verschillende religies de ruimte.”