De Dow-Jonesindex eindigde 1,5 procent lager op 40.936,93 punten. De brede S&P 500-index zakte 2,1 procent tot 5528,93 punten. Techgraadmeter Nasdaq kreeg het het zwaarst te verduren en noteerde bij het slot 3,3 procent lager op 17.136,30 punten. Zo leverde beurslieveling Nvidia flink in, maar ook andere zwaargewichten kregen verliezen te verwerken. De belangrijkste leverancier van chips voor kunstmatige intelligentie (AI) ter wereld leverde bijna een tiende van zijn beurswaarde in.

Bij een zeer zwakke banengroei kan de centrale bank overwegen om de rente steviger te verlagen dan het kwart procentpunt dat nu wordt voorzien. Hoewel renteverlagingen doorgaans gunstig zijn voor aandelen, is dat niet per se het geval wanneer de Fed haast maakt om een grotere economische vertraging in de VS te voorkomen.

Voorafgaand aan het rapport op vrijdag komt op donderdag nog het banencijfer van loonstrookverwerker ADP naar buiten. De Fed publiceert woensdag ook nog het zogeheten Beige Book, dat inzicht geeft in de stand van de Amerikaanse economie.

Zwaargewichten uit de techsector zoals Amazon, Apple en Facebook-moederbedrijf Meta verloren tot 2,7 procent. Chipconcerns Broadcom en Advanced Micro Devices (AMD) zakten ruim 6 procent en 7,8 procent.

Boeing verloor 7,3 procent. De vliegtuigfabrikant, die geplaagd wordt door schandalen op het gebied van kwaliteitscontroles, werd door analisten van de bank Wells Fargo op de verkooplijst gezet.

De olieprijzen gingen dinsdag verder omlaag. Die worden onder meer gedrukt door plannen van oliekartel OPEC+ om de productie weer geleidelijk te gaan verhogen vanaf oktober, na de productiebeperkingen van de afgelopen jaren. Tegelijkertijd zijn er zorgen over een zwakkere olievraag in China, ’s werelds grootste olie-importeur. Ook over de Amerikaanse olievraag is er onzekerheid. Een vat Amerikaanse olie kostte bij het slot van Wall Street 4,4 procent minder op 70,32 dollar. Brentolie werd 4,9 procent goedkoper op 73,76 dollar per vat.

De euro was 1,1040 dollar waard, tegenover 1,1038 dollar bij het sluiten van de Europese beurzen.