De 40-jarige A. meent dat hij ten onrechte als extreem vluchtgevaarlijk wordt gezien en zegt dat hij heeft afgerekend met zijn bestaan als crimineel. „Al die onzin van vroeger heb ik achter me gelaten. Ik ben getrouwd, heb mijn leven gebeterd.” Het kort geding diende in de extra beveiligde rechtbank op Schiphol.

A. zit sinds 2013 vast, na een veroordeling voor medeplichtigheid aan een liquidatie in Antwerpen in 2012. Kort na die moord was A. zelf het doelwit van een moordaanslag in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt. Hij wist te ontkomen, twee andere mannen vonden de dood. In oktober 2017 werd een serieuze poging A. met een helikopter te bevrijden uit de gevangenis in Roermond verijdeld.

Daarna is hij in de EBI geplaatst, om na vijf jaar over te gaan naar een lichter regime in de gevangenis in Leeuwarden. In 2022 volgde nog een veroordeling tot twaalf jaar cel voor criminele activiteiten vanuit de gevangenis, gepleegd in 2015. Na 2017 zijn er in detentie geen incidenten meer geweest rond A.

In 2023 kwam bij justitie informatie binnen over de bevrijdingsplannen. Volgens A.’s advocaat Esther Blok is die informatie vaag en is er bijna een jaar niets mee gedaan. De rechter toonde zich daar zeer kritisch over en noemde dit „onbegrijpelijk”. Op 30 mei deed de vrouw van A. een briefje in de brievenbus van de gevangenis in Leeuwarden. Daarna werd A. met spoed overgeplaatst naar de EBI. Vermoed werd dat er sprake was van „versluierd taalgebruik”, maar volgens Blok was het briefje niet meer dan een gelukswens voor het recent gesloten huwelijk tussen A. en zijn vrouw.

Volgens de Staat staan A. en zijn raadsvrouw in kort geding bij het verkeerde loket en moeten zij de daarvoor bestemde klachtprocedure voeren bij de Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ). Het probleem is dat die nog maanden op zich kan laten wachten, voerde A. zelf aan. „Het is gewoon waanzin”, aldus A., „Ik gedraag me, doe wat me gevraagd wordt en kijk hoe ze ermee omgaan.”

Uitspraak op 13 september.